This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Omtrek en oppervlakte
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?
A
Omtrek
B
Oppervlakte
Slide 3 - Quiz
Wat is de omtrek?
Je kan ergens omheen meten! Oftewel, OMHEEN lopen
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Formule OMTREK:
lengte+breedte+lengte+breedte= omtrek
Slide 6 - Slide
Wat is de omtrek?
A
25 cm
B
10 cm
C
15 cm
D
20 cm
Slide 7 - Quiz
Wat is de omtrek van dit figuur?
A
11 m
B
19 m
C
20 m
D
22 m
Slide 8 - Quiz
Wat is de omtrek?
A
9m
B
25m
C
12m
D
62m
Slide 9 - Quiz
Oppervlakte
Slide 10 - Slide
Wat is de oppervlakte?
Je geeft aan hoe groot iets is
Lengte x Breedte
Slide 11 - Slide
Wat is de oppervlakte van deze kamer?
A
10 m²
B
16 m²
C
20 m²
D
15 m²
Slide 12 - Quiz
Opp = lengte x breedte!
De lengte = van boven naar beneden.
Van top tot teen.
De breedte = van de ene zijkant naar de andere zijkant.
Van de ene hand naar de andere hand.
Slide 13 - Slide
Wat is de oppervlakte van de zolderkamer?
A
2 m²
B
8 m²
C
30 m²
D
42 m²
Slide 14 - Quiz
Wat is de oppervlakte?
A
35
B
300
C
60
D
70
Slide 15 - Quiz
Wat is de oppervlakte van de hele verdieping?
A
2 m²
B
8 m²
C
30 m²
D
42 m²
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Video
Zelfstandig werken:
1: Maak blz. 146 t/m 151 uit je boek
2: Studiemeter : Startrekenen online - Vooraf op weg naar 1F Oranje - H11 Oppervlakte
Slide 18 - Slide
Landje stelen met tafels
Om de beurt gooien de kinderen de twee dobbelstenen. bv 3 en 4. Dat wordt het landje: 3 bij 4 blokjes en in het midden schrijven ze het antwoord van de tafel. Ze moeten steeds aansluitend een landje stelen. Als dat niet lukt is hun beurt voorbij. Zet de time timer op bv 10 minuten. Wie heeft het grootste land gestolen?