Wikkelen-watergolf


Lesweek 4
Wat was er in de vorige les?
1 / 25
next
Slide 1: Open question
WellnessMBOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson


Lesweek 4
Wat was er in de vorige les?

Slide 1 - Open question

Watergolf
Wikkelen

Slide 2 - Slide

Bij welke wikkeltechniek valt het haar aan de zijkant naar achter?
A
9 vaks
B
steensgewijs
C
waaier

Slide 3 - Quiz

Bij welke techniek valt het haar naar beneden?
A
steensgewijs
B
waaier
C
9-vaks

Slide 4 - Quiz

Bij welke wikkeltechniek valt het haar in natuurlijke val?
A
waaier
B
9-vaks
C
steensgewijs

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Negenvakkenwikkelpatroon


Voor een natuurlijk vallende coupe gebruik je het negenvakkenwikkelpatroon. Het haar valt hierdoor naar achteren en naar beneden. Dit patroon bestaat uit negen vakken. De nummering van de vakken is de volgorde waarin je de permanent- en stabilisatievloeistof aanbrengt.


Slide 8 - Slide

Waaierwikkelpatroon


Voor veel volume in de voorpartij gebruik je het waaierwikkelpatroon. De bovenste zijpartijen vallen hierbij naar achteren en de zijpartijen bij het oor vallen naar voren.
Bij dit patroon zet je de wikkels in een waaiervorm om het oor in.

Slide 9 - Slide

Steensgewijswikkelpatroon

Met een steensgewijswikkelpatroon zie je geen scheidingen in de coupe. Het haar valt naar achteren of schuin naar achteren.
Een steensgewijspatroon lijkt op een gemetselde muur. Net als de stenen, zet je de wikkels verspringend in. Bij het steensgewijspatroon deel je het haar niet eerst in vakken af. Je maakt horizontale en diagonale banen in het haar. Je gebruikt de wikkels om de banen af te meten. Dit doe je tijdens het wikkelen.
Voor een vloeiende overgang van de voorpartij naar de achterpartij kun je met of zonder doodlopers werken. Het resultaat van beide manieren is gelijk. Je gebruikt de manier die je het prettigst vindt.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Doodlopers

Doodlopers gebruik je om de ronding van het hoofd te volgen. Je maakt steeds halve cirkels, waarbij je soms kortere wikkels plaatst om de ruimte op te vullen.

Slide 12 - Slide

Waaier
St gewijs
9-vaks

Slide 13 - Drag question

Wat is de houdbaarheid van een permanent?
A
4 weken
B
6 weken
C
6-12 weken
D
6 maanden

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Wat is de houdbaarheid van een watergolf?
A
1-2 dagen
B
7 dagen
C
3-5 dagen
D
4 dagen

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide