V3 H1.5 Getallenparen 1

Start opdracht
Los op:
2x + 3= 9

extra vraag: hoe ziet deze vergelijking er grafisch uit?
teken in je schrift.
timer
1:00
1 / 42
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 42 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Start opdracht
Los op:
2x + 3= 9

extra vraag: hoe ziet deze vergelijking er grafisch uit?
teken in je schrift.
timer
1:00

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Slide

Getallenparen
- leerdoel: 
1) je weet wat een oplossing is van een vergelijking met 2 variabelen.
2) Met een berekening controleren of een punt op de lijn met 2 variabele ligt.
2) je kan uit een contextrijke opgave een vergelijking met 2 variabelen opstellen en oplossen

Slide 4 - Slide

Terugblik start opdracht
Los op:
2x + 3= 9

Nu vraag hoe zou je een vergelijking met twee onbekenden, zoals bv. 2x+3y = 9 aanpakken om deze op te lossen? 


Slide 5 - Slide

Oefenen Getallen paren
Gegeven: 
1) 3x+2y= 12
2) 4x-y=7

a) Controleer of getallenpaar (2,3) een oplossing van de vergelijking.
b) Bereken de oplossing met x= 1, Wat is nu het getallenpaar?

timer
5:00

Slide 6 - Slide

Oefenen Getallen paren

Gegeven:
1) 3x+2y= 12
2) 4x-y=7
a) Controleer of getallenpaar (2,3)
     een oplossing van de vergelijking.
b) Bereken de oplossing met x= 1,
Wat is nu het getallenpaar?


Uitwerking:

Slide 7 - Slide

Oplossing = getallenpaar

Slide 8 - Slide

Contextrijke opgave
In een winkel kosten 3 appels en 2 bananen samen €4,-.
Hoeveel kost een appel als 1 banaan 50 eurocent kost?
Geef een berekening.
timer
3:00

Slide 9 - Slide

opstellen van vergelijkingen met 2 variabelen
voorbeeld opgave:
De familie De Jong, bestaande uit twee volwassenen en drie kinderen, bezoekt de vakantiebeurs. Voor de kinderen geldt een speciaal tarief. De vijf toegangskaartjes kosten samen 45 euro. 
Stel dat een kaartje voor een kind x euro kost en een kaartje voor een volwassene y euro. Vul in: tussen x en y bestaat het verband......

Stel het verband op in een vergelijking met x en y.

timer
3:00

Slide 10 - Slide

Zelfstandige werken
Wat?
Maak les 7 van de taakwijzer
Deze maak je in je schrift
Hoe?
Individueel of in tweetallen
(Overleg zachtjes!)
Hulp?
Theorie lezen
Buurman/Buurvrouw
Docent
Klaar?
Maak opgaven taakwijzer verder
Exit opgave maken 

timer
7:00

Slide 11 - Slide

voor verlengde instructie

Slide 12 - Slide

Vergelijkingen met 2 variabelen
Vergelijking:


2x+3y=24

Slide 13 - Slide

Vergelijkingen met 2 variabelen
Vergelijking:

In deze vergelijking komen twee variabelen voor, namelijk x en y.
Daarom heet deze vergelijking een vergelijking met twee variabelen.


2x+3y=24

Slide 14 - Slide

Vergelijkingen met 2 variabelen
Vergelijking:

In deze vergelijking komen twee variabelen voor, namelijk x en y.
Daarom heet deze vergelijking een vergelijking met twee variabelen.

Een oplossing van deze vergelijking is het getallenpaar (6 , 4)


2x+3y=24

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Exit opgave (samen)
Gegeven: 

Bereken y als x= 2
Noteer niet alleen de oplossing, maar ook je denkwijze in het kort.
Schrijft dit in je schrift maar ook op je whiteboard                                            
5x+4y=20
timer
3:00

Slide 17 - Slide

omzetten van voorbeeldopgave naar formule y=ax+b
.                                            Breng 3x naar rechts
3x+2y=45
2y=3x+45

Slide 18 - Slide

omzetten van voorbeeldopgave naar formule y=ax+b
.                                            Breng 3x naar rechts
                                             Deel alle termen door 2
3x+2y=45
2y=3x+45

Slide 19 - Slide

omzetten van voorbeeldopgave naar formule y=ax+b
.                                            Breng 3x naar rechts
                                             Deel alle termen door 2
3x+2y=45
2y=3x+45
y=1,5x+22,5

Slide 20 - Slide


Hiermee hebben we y uitgedrukt in x. Je ziet dat er een lineair verband bestaat tussen x en y. 

De grafiek van                                     is een voorbeeld van een lineaire vergelijking met twee variabelen.  
y=1,5x+22,5
3x+2y=45

Slide 21 - Slide

Lineaire verbanden

De algemene vorm van een lineaire vergelijking met de variabelen x en y is                                 . De grafiek is een rechte lijn. 

Andere voorbeelden van lineaire vergelijkingen met twee variabelen zijn                                       en 
3x2y=12
px+qy=r
5k+2m=20

Slide 22 - Slide

formule:
y = 3x + 2

gevraagd
zet deze formule om in een vergelijking met 2 variabelen.


Slide 23 - Slide

formule:
y = 3x + 2

Vergelijking met 2 variabelen

Slide 24 - Slide

formule:
y = 3x + 2

Vergelijking met 2 variabelen
y- 3x = 2  of  3x - y= -2


Slide 25 - Slide

formule:
y = 3x + 2

Vergelijking met 2 variabelen
y- 3x = 2 of 3x - y= -2

Algemene vorm van een vergelijking met 2 variabelen:

Slide 26 - Slide

formule:
y = 3x + 2

Vergelijking met 2 variabelen
y- 3x = 2 of  3x - y= -2

Algemene vorm van een vergelijking met 2 variabelen:
px + qr = r

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Voorbeeld vergelijking met 2 variabelen

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

timer
3:00

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Vergelijking
Voorbeeld 1:       5x - y = 10
Voorbeeld 2:      2x + 3y = 6

Dit zijn voorbeelden van lineaire vergelijkingen met twee variabelen.



Slide 34 - Slide

Vergelijking
Voorbeeld 1:       5x - y = 10
Voorbeeld 2:      2x + 3y = 6

Dit zijn voorbeelden van lineaire vergelijkingen met twee variabelen.

De algemene vorm van een lineaire vergelijking met de variabelen x en y is
px + qy = r
De grafiek is een lijn.

Slide 35 - Slide

Lineaire vergelijking
We zagen eerder vergelijkingen zoals:
 y = ax + b

Maar een vergelijking van de vorm px + qy = r kan je ook schrijven in de vorm zoals hierboven.

Dat doe je door het vrijmaken van de variabelen y

Slide 36 - Slide

Lineaire vergelijking
Vrijmaken van x
Voorbeeld 1:           5x - y = 10
                                     

Vrijmaken van y
Voorbeeld 2:          2x + 3y = 6
                                   

Slide 37 - Slide

Lineaire vergelijking
Vrijmaken van x
Voorbeeld 1:           5x - y = 10
                                     5x = 10 + y
                                
Vrijmaken van y
Voorbeeld 2:          2x + 3y = 6
                                     3y = 6 - 2x

Slide 38 - Slide

Lineaire vergelijking
Vrijmaken van x
Voorbeeld 1:           5x - y = 10
                                     5x = 10 + y
                                    
Vrijmaken van y
Voorbeeld 2:          2x + 3y = 6
                                     3y = 6 - 2x
                                     
                
x=2+51y
y=232x

Slide 39 - Slide

Te maken opdrachten
Opgave 59, 62, 64, 65, 67, 68, 69, 70 


  • Uitwerking in je schrift. Daarna nakijken!!

verplicht te doen

Slide 40 - Slide

Zelfstandig werken
timer
10:00

Slide 41 - Slide

Afsluiting

Slide 42 - Slide