4.1.1 Je kunt uitleggen hoe je een
gesloten stroomkring maakt.
4.1.2 Je kunt de verschillende
onderdelen van een stroomkring benoemen.
4.1.3 Je kunt het verschil tussen
geleiders en isolatoren beschrijven
4.1.5 Je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet.
4.1.4 Je kunt een aantal geleiders en isolatoren noemen.