What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Lezen H4
leesvaardigheid H4
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
leesvaardigheid H4
Slide 1 - Slide
Programma deze les
- 20 min. lezen
- Quiz theorie leesvaardigheid
- Uitleg H4 Lezen: feiten, meningen, argumenten
- Oefenen met feiten, meningen en argumenten
- Bespreken opdrachten
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Ik kan onderscheid maken tussen een feit, standpunt en een argument.
Ik kan tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden.
Slide 3 - Slide
Quiz
Maak de volgende quizvragen over de theorie van leesvaardigheid.
Slide 4 - Slide
Wat is een tekstverband?
A
Het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd.
B
Het belangrijkste in een alinea.
C
De samenhang tussen woorden, zinnen of alinea's.
D
Relaties tussen verschillende delen van de tekst.
Slide 5 - Quiz
Hoe verschillen onderwerp en hoofdgedachte van een tekst van elkaar?
Slide 6 - Open question
Bij een doel-middelverband horen de volgende signaalwoorden...
A
kortom, samengevat, dus
B
opdat, zodat, om te, door middel van
C
omdat, daarom, dus
D
maar, echter, in tegenstelling tot
Slide 7 - Quiz
Tekstverbanden, het woord 'maar' hoort bij een .......tekstverband
A
opsommend
B
chronologisch (tijd)
C
tegenstellend
D
toelichtend
Slide 8 - Quiz
Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
samenvatting
echter
maar
ook
samenvattend
daarnaast
kortom
Slide 9 - Drag question
Vroeger ging ik weleens schaatsen met mijn ouders, nu niet meer.
Ik houd erg van muziek, bijvoorbeeld K-pop.
Mijn vader is nu vaak thuis, maar mijn moeder gaat nog naar haar werk.
Niet alleen puppy's zijn lief, maar ook kittens!
Tegenstellend verband
Toelichtend verband
Opsommend verband
Chronologisch verband
Slide 10 - Drag question
Twee jongens ernstig gewond aan
handen na afsteken illegaal vuurwerk
Bij het afsteken van vuurwerk zijn zaterdag
twee minderjarige jongens in Gelderland
zwaargewond geraakt aan hun handen. In zowel
in Arnhem als in Nijmegen ging het mis bij het
afsteken van cobra's, bevestigt de politie na
berichtgeving van het AD.
De twee jonge tieners zijn met ernstig letsel naar
het ziekenhuis gebracht. Volgens de politie ziet
het ernaar uit dat ze een hand moeten missen.
"Ernstig letsel door vuurwerk zien we vaker met
Oud en Nieuw, maar nu zien we het nog twee
dagen later", aldus een woordvoerder van de politie.
Cobra's vallen onder de zwaarste categorie vuurwerk en zijn illegaal.
Slot
Geen slot
Titel
Middenstuk
Inleiding
Slide 11 - Drag question
Wat weet je van feiten, meningen, argumenten?
Slide 12 - Mind map
Feiten, meningen, argumenten
- Feiten
: zijn controleerbaar
Bijv: Het Paleis op de Dam staat in Amsterdam.
- Mening of standpunt
: wat iemand van iets vindt.
Signaalwoorden: ik vind, volgens mij, lijkt mij
- Argument
: als iemand zegt waarom hij een bepaalde mening heeft
Signaalwoorden: omdat, namelijk, immers
Bijv: Je zou dat mooie jasje aan moeten doen (= mening), dat staat je namelijk geweldig! (= argument)
Slide 13 - Slide
Oefenen leesvaardigheid
Maak opdracht 1, 2 en 3 van H4 Lezen
Werk op je laptop in Nieuw Nederlands online
Klaar? Maken opdrachten woordenschat H3+H4
Slide 14 - Slide
Bespreken opdrachten
Korte klassikale bespreking opdrachten 1, 2, 3 H4 Lezen
Slide 15 - Slide
Feit, mening
of argument?
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 16 - Quiz
Feit, mening of argument?
De toets was lastiger dan ik had verwacht.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 17 - Quiz
Feit, mening of argument?
Nederlands is het leukste vak op school.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 18 - Quiz
Check lesdoelen
Schrijf een kort verhaaltje of 4 zinnen, waarin je de tekstverbanden verwerkt met een passend signaalwoord.
- doel-middelverband
- vergelijkend verband
- samenvattend verband
Slide 19 - Slide
Evaluatie les
Wat vonden jullie van de les via Lesson Up?
Hebben jullie tips/tops?
Slide 20 - Slide
Huiswerk:
Leren voor de toets!
Lezen en woordenschat H3 - H4
Woordenschat: theorie + woordenlijsten
Lezen: theorie + alles wat je tot nu toe hebt geleerd
Slide 21 - Slide
Waaraan kun je een feit herkennen?
Slide 22 - Open question
Feit
Een uitspraak over iets wat waar of onwaar is.
Je kunt een feit controleren.
- Voor de ingang van het Ichthus College staat een kunstwerk.
- Rood, blauw en geel zijn de primaire kleuren.
- Bij Albert Heijn kun je voetbalplaatjes sparen.
Slide 23 - Slide
Mening of standpunt
Wat iemand van iets vindt.
Je kunt het ermee eens of oneens zijn.
Te herkennen aan signaalwoorden als
ik vind, volgens mij, lijkt mij, naar mijn mening, mijns inziens
Slide 24 - Slide
Argument
Gebruik je als je uitlegt waaróm je een bepaalde mening hebt.
Te herkennen aan signaalwoorden als
want, omdat, namelijk, immers
Slide 25 - Slide
Voorbeelden
Volgens Robin zijn actiefilms de beste films (mening), omdat daarin altijd lekker veel gebeurt (argument).
Ik vind het altijd fijn als de eerste sneeuwklokjes bloeien (mening), want dat betekent dat de lente eraan komt (argument).
Slide 26 - Slide
More lessons like this
Lezen H4
January 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Lezen H4
March 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Lezen H4 - Gymnasium 2
September 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Leesvaardigheid H4
February 2022
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
brugklas Leesvaardigheid H4
April 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Lezen H4 - Gymnasium 2
January 2022
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Leesvaardigheid H4
February 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Leesvaardigheid H4
March 2023
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1