This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Inhoud van de les
Werken inde zorg
Formele en informele zorg
Wie zijn je directe collega's?
Welke disciplines werken er in het verpleeghuis
MDO
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Verpleeghuiszorg valt onder de intramurale zorg. Wat betekent intramurale zorg?
A
Zorg buiten de muren van een instelling
B
Zorg binnen de muren van een instelling
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Slide 8 - Slide
Waar denk je aan bij informele zorg?
Slide 9 - Mind map
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Noem twee activiteiten die ook door een mantelzorger of een vrijwilliger kunnen worden uitgevoerd
Slide 12 - Open question
Noem twee activiteiten die alleen door een verpleegkundige uitgevoerd kunnen worden.
Slide 13 - Open question
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
De zorg die door informele zorgverleners wordt gegeven maakt een groot deel uit van de zorg die wordt geleverd
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quiz
Verpleegkundige
A
Formele zorg
B
Informele zorg
Slide 18 - Quiz
Professionele zorg
A
Zorg verleend door iemand die opgeleid is
B
Zorg verleend door iemand zonder diploma
Slide 19 - Quiz
Arts
A
Formele zorg
B
Informele zorg
Slide 20 - Quiz
Je opa helpen met boodschappen doen is een voorbeeld van
A
Informele zorg
B
Formele zorg
C
Gebruikelijke zorg
Slide 21 - Quiz
Informele zorg is altijd onbetaald!
A
Ja, en een uitzondering is wanneer de mantelzorger uit het pgb wordt betaald
B
Nee, betaald werk
C
Ja, informele zorg is altijd onbetaald werk
Slide 22 - Quiz
In sommige gevallen mogen mantelzorgers ook verpleegtechnische handelingen uitvoeren
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Bij afstemmen van zorg gaat het om
A
Samenwerking tussen verschillende professionals
B
Afstemmen van inhoud de zorg
C
Beide zijn juist
Slide 27 - Quiz
Bij de revalidatie van één zorgvrager zijn bijna altijd meerdere zorgverleners betrokken. Welke ken je al?
Slide 28 - Open question
Discipline's
Fysiotherapie
Ergotherapie
Logopedie
Diëtiek
Medisch maatschappelijk werk
Geestelijke zorg
Medische psychologie
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Fysiotherapeut
A
Helpt je bij het goed bewegen en sporten
B
Begeleid je bij intensief sporten
C
Deskundige gespecialiseerd in spieren,banden etc.
Slide 31 - Quiz
Logopedist
A
Helpt bij voeding
B
Deskundige in spraak, taal, stem en gehoor
Slide 32 - Quiz
Logopedie
Hulp bij: taal-, spraak-, adem-, stem-, slik- of communicatieproblemen heeft. Bijv. bij herstellen van een beroerte , parkinson, chronische spierziekte