Les 5. Als of dan? Waardoor of daardoor?

Les 5. 
Stijlfouten 
Als/dan
Jou/jouw
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Les 5. 
Stijlfouten 
Als/dan
Jou/jouw

Slide 1 - Slide

STIJL
 JOU / JOUW
Bekijk het
volgende filmpje

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video

STIJL
ALS / DAN

Slide 4 - Slide

Gebruik van dan
  • Na een overtreffende trap: groter dan, meer dan, beter dan
  • Er is altijd -er- te zien!
  • Dus: 
  • kleiner dan, groter dan, meer dan, leuker dan…

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Gebruik van als
  • Bij vergelijkingen met (net) zo ... en even ..

    'Donna is even oud als Amber.'
      'Donna is net zo oud als Amber.' 
      'Suriname is vier keer zo groot als Nederland.'

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Altijd in combinatie met pers.vnw
Na beide zinnen met de woorden ‘als en dan’ komen altijd de volgende persoonlijk voornaamwoorden: 
ik, jij, hij, zij, wij jullie en zij (MV).

Slide 9 - Slide

Hij is kleiner dan ik…… ben
Wij zijn groter dan jullie……
zijn
Ik heb meer dan jij……..
hebt

Slide 10 - Slide

Ik vind venkelthee toch niet zo lekker ..... de groene thee met citroensmaak.
A
als
B
dan

Slide 11 - Quiz

Steven kreeg een boete, omdat hij meer ..... twintig kilometer te hard reed.
A
als
B
dan

Slide 12 - Quiz

Sara houdt meer van frambozen ... van aardbeien.
A
dan
B
als

Slide 13 - Quiz

Gebakken aardappeltjes vind ik net zo lekker .... gepofte aardappelen.
A
als
B
dan

Slide 14 - Quiz

Ik vind de cola van de Lidl net zo lekker als/dan die dure.
A
als
B
dan

Slide 15 - Quiz

Heb je jou/jouw oefeningen vandaag al gedaan?
A
jou
B
jouw

Slide 16 - Quiz

Wilt u/uw thee of liever een kopje koffie?
A
u
B
uw

Slide 17 - Quiz

Zelf maken
Rood: Opdr. 456, 457 en 458
Paars:  444 + 445

Slide 18 - Slide