BAE02. Boekingsdocumenten verwerken deel 1

• Bedrijfsadministratie
• MBO
• Studiejaar 1

WELKOM

3 Kader

Welkom

 hoofdstuk 2.

Boekingsdocumenten verwerken

Deze les heb ik voorbereid

Jazeker!

Ik ben eraan begonnen, maar heb niet alles kunnen lezen en/ of bekijken.

Druk, druk, druk... geen tijd

Vandaag kan ik:

• de begrippen debiteuren, crediteuren, boekingsdocument, financieel feit, inkoop- en verkoopfactuur omschrijven.
• uitleggen waarom een balans na elk financieel feit verandert.
• uitleggen waarom een balans na verwerking van elk financieel feit weer in evenwicht is.
• Verschillende boekingsdocumenten herkennen en in de boekhouding verwerken.

§ 1. Veranderingen op de balans

Is een momentopname. Er kunnen elke dag veranderingen optreden. 

leg in eigen woorden uit wat een financieel feit is

Financieel feit: een gebeurtenis die leidt tot een verandering in de samenstelling van de balans (bezittingen, schulden en/ of het eigen vermogen

Financieel feit

1. Verkoop op rekening.
2. Inkoop op rekening.
3. Betaling van een crediteur.
4. Ontvangst van een debiteur.
5. Contante inkoop.
6. Contante verkoop.
7. Afschrijving van de bedrijfsauto.
8. Oude machine verkocht die buitengebruik was gesteld.
9. Etc.

Boekingsdocument (afkorting)

• Verkoop op rekening.
  
• Inkoop op rekening.
  
• Betaling van een crediteur.
  
• Ontvangst van een debiteur.
  
• Contante inkoop.
  
• Contante verkoop.
  
• Afschrijving van de bedrijfsauto.
  
• Oude machine verkocht die buitengebruik was gesteld.
  
• Etc.

Noem zoveel mogelijk boekingsdocumenten op die je kent

Soorten boekingsdocumenten:

1. Verkoopfacturen
2. Inkoopfacturen
3. Bankafschriften
4. Kasstukken
5. interne boekingsstukken

Vierstappenplan (blz. 29 e.v. TB)

• Stap 1: Beantwoorden van 3 vragen

• Stap 2: Stap 1 verwerken in een schema
• Stap 3: Nieuwe balans maken
• Stap 4: Controleer de balans op evenwicht.

Wanneer verandert de balanspost eigen vermogen?

1. Wat voor boekingsdocument?
2. Handgeschreven bedrag?

1. Hoe heet dit strookje?

Aan de slag met opdrachten!

Kennisopgaven: 1 t/m 9

Routine: R1 en R2

Maak eerst R1