Nederlands les 5 BBL P1 sprinkhanen op je bord

BBL Nederlands P1
les 5
eenjarige BBL
gemaakt door CW 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

BBL Nederlands P1
les 5
eenjarige BBL
gemaakt door CW 

Slide 1 - Slide

Oefeningen spelling/grammatica:
Heb je iets geoefend? Wat en hoe is het bevallen?

Slide 2 - Open question

Programma
  • luisterstrategie
  • luisteren en aantekeningen maken
  • leesteksten op verschillend niveau

Slide 3 - Slide

Luisterstrategie
Hoe je naar iets luister hangt af van je doel.
verkennend/globaal  luisteren: als je een  indruk wil krijgen waar het over gaat;
intensief luisteren: als je heel nauwkeurig  de informatie nodig hebt;
zoekend/selectief luisteren: je luistert op zoek naar herkenningstekens en pas dan luister je gedetailleerd.

Slide 4 - Slide

Globaal luisteren
Intensief luisteren
Selectief luisteren
Kamerdebat op televisie
De instructie bij een praktijkles
Docent geeft algemene feedback op wat er tijdens de toets fout is gegaan.
Je wacht op een trein: omroepbericht op het station

Slide 5 - Drag question

Tekst
Tweede Kamerdebat
reclame
televisiequiz
journaal
make-up totorial
consumentenprogramma
luisterboek
documentaire
informeren
amuseren
instrueren
activeren
overtuigen

Slide 6 - Drag question

Aantekeningen maken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Sprinkhanen op je bord
luisteren, aantekeningen maken en vragen beantwoorden over een luistertekst

Slide 9 - Slide

Aantekeningen maken
Je kijkt zo naar een speciale aflevering van het Jeugdjournaal (niet via LessonUp). LessonUp NIET afsluiten!
Opdracht: maak aantekeningen in steekwoorden, zodat je het belangrijkste van de uitzending kunt samenvatten en vragen kunt beantwoorden.


Slide 10 - Slide

Luisteren en aantekeningen maken
Nieuwsbegrip 2021-2022 week 46


https://school.nieuwsbegrip.nl/docent/dashboard/2021/46

Slide 11 - Slide

aantekeningen - vragen
Pak je aantekeningen erbij.
Beantwoord de vragen op de volgende dia's.

Slide 12 - Slide

insecten
Insecten (Insecta) zijn een klasse van zespotige, ongewervelde dieren die behoren tot de geleedpotigen (Arthropoda). Met meer dan een miljoen beschreven soorten vormen de insecten verreweg de grootste klasse binnen het dierenrijk. Geschat wordt dat er vele miljoenen soorten nog niet zijn beschreven en benoemd. Insecten komen voor in vrijwel alle leefomgevingen op aarde, met name op het land en in zoetwater. In de zeeën overheerst een andere groep geleedpotigen, de kreeftachtigen.
Alle insecten hebben een driedelig lichaam (kop, borststuk en achterlijf) dat omgeven is door een hard, chitineus exoskelet.
Welke insecten ken je?

Slide 13 - Mind map


Welke insecten zijn nu door Europa
goedgekeurd als voedsel voor
mensen?
A
vliegen
B
mieren
C
krekels
D
sprinkhanen

Slide 14 - Quiz


Welke insecten werden al eerder als voedsel geaccepteerd door Europa?
A
vliegen
B
mieren
C
krekels
D
meelwormen

Slide 15 - Quiz


Welke insecten gaan we misschien de komende jaren ook eten?
A
de huiskrekel en de zwarte soldaatvlieg
B
de bij en de wesp
C
de tor en het lieveheersbeestje
D
de vlieg en de mug

Slide 16 - Quiz

Welke voordelen zitten er
aan het eten van insecten?

Slide 17 - Mind map


Er zitten veel eiwitten in insecten?
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz


Insecten kweken kost veel ruimte.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz


Insecten hebben weinig voer nodig om te groeien.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz


Insecten hebben veel water nodig.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Voordelen
  • Er zitten veel eiwitten in. 
  • Het kweken van insecten kost weinig ruimte. 
  • Insecten hebben weinig voer nodig om te groeien. 
  • Er is weinig water nodig om ze te kweken. 

Slide 22 - Slide

Wat is het doel van deze luistertekst?

Slide 23 - Open question

Heeft het maken van aantekeningen je geholpen bij het luisteren en beantwoorden van de vragen?
Nee
een beetje
ja

Slide 24 - Poll

Huiswerkopdracht
Leesteksten op 2 niveaus lezen:
  • lees eerst de B-tekst over sprinkhanen eten
  • Beantwoord de vragen bij de B-tekst
  • Lees daarna de C-tekst
  • Welke verschillen vallen je op  je in een B- en een C-tekst

Slide 25 - Slide

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll