This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
ONREGELMATIGE WERKWOORDEN
Als je over iets vertelt/schrijft
dat in het verleden bezig/aan de gang was.
Tip: kijk in elke zin naar de werkwoorden.
was / were + werkw. +ing
Als ze samen in een zin staan dan:
Bijvoorbeeld:
I was walking when I dropped my marker.
Peter was sleeping when Mary called him.