Examen Gesprekken voeren - les 1

Examenvoorbereiding 
Nederlands 

Gesprekken voeren 
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Examenvoorbereiding 
Nederlands 

Gesprekken voeren 

Slide 1 - Slide

Wat heb je nodig 3F? 
Studieplanner
Laptop 

Slide 2 - Slide

Voorwaarden slagen 2F/3F
  • deelname aan alle onderdelen!
  • NE -> 5,0 of hoger          EN -> 6,0 of hoger
  • EN -> 6,0 of hoger          NE -> 5,0 of hoger

Slide 3 - Slide

Wat gaan we precies doen ?
- Oefenexamens bekijken en uitvoeren
- Handige tips
- Stappen van gesprekken doorlopen

 voorbereiding: zelfstandig, 
uitvoering: in groepjes
bespreking: klassikaal

Slide 4 - Slide

Berekening diplomacijfer Nederlands
lezen en luisteren (COE) 
50%
spreken
gesprekken schrijven
50%
+
: 2

Slide 5 - Slide

* Niveau 3F (havo/mbo niveau 4)
* Lezen/luisteren
* Schrijven
* Spreken/gesprekken
* #OO Examinering 2019-2020 Herman Brood Academie;
* Examenbureau

Slide 6 - Slide

Examen 2F - gesprekken voeren

- Overleg
- In een groepje 2/3 personen
- 15 minuten voorbereiding
- 8 à 10 minuten overleg voeren

  • Inleiding over het onderwerp en/of ideeën

  • Argumenten voor / tegen

  • Je bereidt het gesprek kort voor.

Slide 7 - Slide

Examen 3F - gesprekken voeren

- Overleg
- In een groepje 2/3 personen
- 15 minuten voorbereiding
- 8 à 12 minuten overleg voeren

  • Inleiding over het onderwerp en/of ideeën

  • Argumenten voor / tegen

  • Je bereidt het gesprek kort voor.

Slide 8 - Slide

Gespreksvaardigheid:
Wat is hierbij belangrijk?

Slide 9 - Mind map

Vragen: 

Wat is het onderwerp van het gesprek?
Wat voor soort gesprek moet ik voeren?
Wat is het doel van het gesprek?
Met wie voer ik het gesprek?
Is er een bron die ik moet gebruiken? Zo ja, wat voor bron?
Hoelang moet het gesprek minimaal en maximaal duren?
Minimaal .... en  ......  maximaal minuten.
Hoelang heb ik om het gesprek voor te bereiden?









Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Aan de slag!

Starttaal 3F
Examentraining instellingsexamens - H3 gesprekken voeren
Opdracht 1 & 2

  • Inleiding over het onderwerp en/of ideeën

  • Argumenten voor / tegen

  • Je bereidt het gesprek kort voor.

Slide 16 - Slide

Standpunten & argumenten

Op je blaadje staan verschillende standpunten genoteerd. 

  • Inleiding over het onderwerp en/of ideeën

  • Argumenten voor / tegen

  • Je bereidt het gesprek kort voor.

Slide 17 - Slide

Overleg stappen
1. Informatie verzamelen : argumenten voor / tegen
Deze heb je al genoteerd bij de vorige opdracht.
2. Noteer nu de 2 oplossingen en de argumenten voor/tegen onder elkaar, zodat je deze gemakkelijk bij het gesprek kan gebruiken.
3. Iemand geeft een korte inleiding over het onderwerp
4. Iedereen geeft argumenten voor de oplossing of keuze die hij het beste vindt.
Uiteindelijk samen tot een besluit komen.
Het is geen debat/discussie, dus geen strijd.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Voorbereiden

Je krijgt nu 15 minuten om dit onderdeel voor te bereiden.
Noteer ieder 3 oplossingen en licht dit toe.

- Noteer voor- en nadelen per oplossing.
- Maak de aantekeningen zoals het voorbeeld.
timer
15:00

Slide 20 - Slide

Gesprek voeren 2F

Je hebt 8 - 10 minuten de tijd om het overleg te voeren.
Één van jullie opent het gesprek.
- Jullie bespreken alle oplossingen en de voor- en nadelen.
- Zorg ervoor dat alles duidelijk besproken wordt.
- Jullie kiezen samen de oplossing die het meest effectief is.
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Gesprek voeren 3F

Je hebt 8 - 12 minuten de tijd om het overleg te voeren.
Één van jullie opent het gesprek.
- Jullie bespreken alle oplossingen en de voor- en nadelen.
- Zorg ervoor dat alles duidelijk besproken wordt.
- Jullie kiezen samen de oplossing die het meest effectief is.
timer
12:00

Slide 22 - Slide

Nabespreken
Gespreksvaardigheid + +/– –
  • De leerling heeft een actieve gesprekshouding en laat merken dat hij actief naar zijn gesprekspartner luistert.
  • De leerling vraagt door en stelt controlevragen als dat nodig is.
  • De leerling geeft toelichting als dat nodig is.
  • De leerling stemt zijn inbreng af op zijn gesprekspartner.
  • De leerling onderbreekt zijn gesprekspartner op een gepaste manier en behoudt op beleefde wijze de beurt.












Slide 23 - Slide