paragraaf 4.2 en 4.3

Paragraaf 4.2 en 4.3
Opbrengsten en kosten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Paragraaf 4.2 en 4.3
Opbrengsten en kosten

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag



  • Herhaling hoofdstuk 4 paragraaf 2
  • Uitleg hoofdstuk 4 paragraaf 3
  • Maken opdracht 3 blz 109
  • bespreken opdracht 3
  • Maken hoofdstuk 4 paragraaf 3 opgave 1 t/m 7

Slide 2 - Slide



Herhaling hoofdstuk 4  paragraaf 2

Slide 3 - Slide

Bezittingen en schulden

wat is een balans?


  • Een balans is een overzicht van de bezittingen en schulden van een bedrijf

Slide 4 - Slide

Debet (bezittingen)



Credit (schulden)

Slide 5 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa

Vlottende activa


Liquide middelen


Credit (schulden)

Slide 6 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa



Liquide middelen



Credit (schulden)

Slide 7 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen



Credit (schulden)

Slide 8 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren
Liquide middelen
betaalrekening
kas


Credit (schulden)

Slide 9 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris
Vlottende activa
voorraad goederen
debiteuren
Liquide middelen
betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen


Kort Vreemd Vermogen

Slide 10 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen

betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen
Hypothecaire Lening
Lening

Kort Vreemd Vermogen


Slide 11 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen

betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen
Hypothecaire Lening
Lening

Kort Vreemd Vermogen
Crediteuren
Te betalen belasting
Betaalrekening



Slide 12 - Slide

Huiswerk
Maken de vragen 3 en 9 van paragraaf 4.2

Slide 13 - Slide

Uitleg paragraaf 3



Uitleg paragraaf 3

Slide 14 - Slide



wat is het verschil tussen een balans en resultatenrekening

Slide 15 - Slide

Een balans bestaat uit

  • bezittingen
  • schulden


Een resultatenrekening bestaat uit

  • kosten
  • opbrengsten

Slide 16 - Slide

0

Slide 17 - Video

Hoe bereken je de winst bij een resultatenrekening?

  • omzet
  • -inkoopwaarde
  • =brutowinst
  • -kosten
  • =nettowinst


Slide 18 - Slide

Maken opdracht 3 blz 109

Maken opdracht 3 blz 109

Maak gebruik van

  • Omzet-inkoopwaarde = brutowinst
  • brutowinst - kosten = nettowinst
timer
10:00

Slide 19 - Slide



bespreken opdracht 3

Slide 20 - Slide

3 Winst-en-verliesrekening Verbaas BV
 Debet                                                                 Credit
 Inkw v d omzet       € 616.000               Omzet € 1.540.000
 Loonkosten              € 120.400               Renteopbr € 2.550
 Reclamekosten       € 4.300
 Rentekosten            € 7.640
 Afschr op auto's      € 14.000
 Afschr op gebouw € 5.000
 Bedrijfskosten*       € 12.100                    
 Winst                        € 763.110
Totale kosten           € 1.542.550       Totale opbr € 1.542.550
 
 Totaal € 1.542.550 Totaal € 1.542.550
 * In dit geval wordt met het begrip ‘bedrijfskosten’ de ‘overige bedrijfskosten’ bedoeld.

Slide 21 - Slide



Huiswerk: maken de opdrachten  4 t/m 7

Slide 22 - Slide