2022 3HV H4.3 RSS

De resultatenrekening
Is een overzicht van kosten en opbrengsten en eventuele winst (of verlies) over een bepaalde periode. 

We noemen de resultatenrekening ook wel de winst- en verliesrekening.

In de resultatenrekening vind je stroomgrootheden; gemeten over een bepaalde periode
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De resultatenrekening
Is een overzicht van kosten en opbrengsten en eventuele winst (of verlies) over een bepaalde periode. 

We noemen de resultatenrekening ook wel de winst- en verliesrekening.

In de resultatenrekening vind je stroomgrootheden; gemeten over een bepaalde periode

Slide 1 - Slide

Paragraaf 4.2 en 4.3
Opbrengsten en kosten

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag



  • Herhaling hoofdstuk 4 paragraaf 2
  • Uitleg hoofdstuk 4 paragraaf 3
  • Maken opdracht 3 blz 128
  • bespreken opdracht 3
  • Maken opgaven hoofdstuk 4 paragraaf 3 

Slide 3 - Slide



Herhaling hoofdstuk 4  paragraaf 2

Slide 4 - Slide

Bezittingen en schulden

wat is een balans?


  • Een balans is een overzicht van de bezittingen en schulden van een bedrijf

Slide 5 - Slide

Debet (bezittingen)



Credit (schulden)

Slide 6 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa

Vlottende activa


Liquide middelen


Credit (schulden)

Slide 7 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa



Liquide middelen



Credit (schulden)

Slide 8 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen



Credit (schulden)

Slide 9 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren
Liquide middelen
betaalrekening
kas


Credit (schulden)

Slide 10 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris
Vlottende activa
voorraad goederen
debiteuren
Liquide middelen
betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen


Kort Vreemd Vermogen

Slide 11 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen

betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen
Hypothecaire Lening
Lening

Kort Vreemd Vermogen


Slide 12 - Slide

Huiswerk
Maken de vragen 3 en 9 van paragraaf 4.2

Slide 13 - Slide

Debet (bezittingen)
Vaste activa
gebouw
bestelauto
inventaris

Vlottende activa

voorraad goederen
debiteuren

Liquide middelen

betaalrekening
kas
Credit (schulden)
Eigen Vermogen

Lang Vreemd Vermogen
Hypothecaire Lening
Lening

Kort Vreemd Vermogen
Crediteuren
Te betalen belasting
Betaalrekening



Slide 14 - Slide



wat is het verschil tussen een balans en resultatenrekening

Slide 15 - Slide

Uitleg paragraaf 3



Uitleg paragraaf 3

Slide 16 - Slide

Een balans bestaat uit

  • bezittingen
  • schulden


Een resultatenrekening bestaat uit

  • kosten
  • opbrengsten

Slide 17 - Slide

0

Slide 18 - Video

Opbrengsten en kosten
Zodra er opbrengsten en kosten worden geboekt zal dit ook effect hebben op het (vermogen) van de onderneming. En moet je deze óók op de resultatenrekening boeken!

Namelijk als een bedrijf een energierekening betaalt van € 467,- per bank, dan neemt het banksaldo af, maar zal dus ook het eigen vermogen met het bedrag afnemen (balans moet ten alle tijden in balans zijn).

Slide 19 - Slide

Resultatenrekening 

Winst & verlies rekening
   Omzet
- Inkoopwaarde
-----------------------------
   Brutowinst
- Kosten
---------------------------
    Winst (verlies)

Slide 20 - Slide

Resultatenrekening
kosten
                        opbrengsten
inkoopwaarde
huurkosten
rentekosten
loonkosten
afschrijvingskosten
etc etc
(winst) 
omzet 





(eventueel verlies)
totaal
totaal

Slide 21 - Slide

Resultatenrekening
kosten
                        opbrengsten
inkoopwaarde         5000
huurkosten               2000
rentekosten                 500
loonkosten                3000
afschrijvingskosten 500
overige kosten          1000
(winst)                          .......
omzet                  14.500





(eventueel verlies)
totaal           € 14.500
totaal            € 14.500

Slide 22 - Slide

Resultatenrekening
kosten
                        opbrengsten
inkoopwaarde         5000
huurkosten               2000
rentekosten                 500
loonkosten                3000
afschrijvingskosten 500
overige kosten          1000
(winst)                          2500
omzet                  14.500





(eventueel verlies)
totaal                       € 14.500
totaal                  € 14.500

Slide 23 - Slide

Staat het op de resultatenrekening?
Nee
Ja
Ja, maar niet direct
Aflossing lening
verkoop op rekening
Inkopen 

Slide 24 - Drag question

Uitzonderingen
- Inkopen komen pas op de resultatenrekening te staan als het product weer wordt verkocht. 
- Aflossing van de lening is geen kosten.

- De afschrijving van je activa zijn wel kosten (afschrijving is wat de waardevermindering is van de vaste activa)

- Verkopen worden geboekt als het product wordt verkocht aan een klant. Niet wanneer ze worden betaalt. Dus boeken als de opbrengsten worden behaald.

Slide 25 - Slide

Maken opdracht 3 blz 109

Maken opdracht 3 blz 128

Maak gebruik van

  • Omzet-inkoopwaarde = brutowinst
  • brutowinst - kosten = nettowinst
timer
10:00

Slide 26 - Slide



bespreken opdracht 3

Slide 27 - Slide

3 Winst-en-verliesrekening Verbaas BV
 Debet                                                                 Credit
 Inkw v d omzet       € 616.000               Omzet € 1.540.000
 Loonkosten              € 120.400               Renteopbr € 2.550
 Reclamekosten       € 4.300
 Rentekosten            € 7.640
 Afschr op auto's      € 14.000
 Afschr op gebouw € 5.000
 Bedrijfskosten*       € 12.100                    
 Winst                        € 763.110
Totale kosten           € 1.542.550       Totale opbr € 1.542.550
 
 Totaal € 1.542.550 Totaal € 1.542.550
 * In dit geval wordt met het begrip ‘bedrijfskosten’ de ‘overige bedrijfskosten’ bedoeld.

Slide 28 - Slide



Huiswerk: maken de opdrachten  par. 4.3

Slide 29 - Slide