This lesson contains 25 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
4.1 De koning en zijn leenmannen
Slide 1 - Slide
Planning
H4. Vroege middeleeuwen
Oriëntatie klassikaal lezen
4.1 De koning en zijn leenmannen
Slide 2 - Slide
Middeleeuwen
Vroege middeleeuwen
500-1000
Late middeleeuwen
1000-1500
Tijd van monniken en ridders
Tijd van steden en staten
Slide 3 - Slide
Waarom wilden sommige mensen de periode tussen 500 en 1500 liever snel vergeten?
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Aan het einde van de paragraaf weet je;
- Hoe Karel de grote zijn rijk bestuurde.
- Wat leenmannen en leenheren zijn.
Slide 6 - Slide
Europa
Na de tijd van de Grieken en Romeinen
Veel verschillende volken, zoals de Franken.
Slide 7 - Slide
Video Karel de Grote
Het klokhuis over Karel de Grote
Slide 8 - Slide
Aantekening Karel de Grote
Van welk rijk was hij koning?
Hoe kwam hij aan de naam Karel de Grote?
Wat heeft hij bedacht over het onderwijs?
Interessant feitje over Karel de Grote?
Slide 9 - Slide
https:
Slide 10 - Link
Aantekening Karel de Grote
Van welk rijk was hij koning?
Hoe kwam hij aan de naam Karel de Grote?
Wat heeft hij bedacht over het onderwijs?
Interessant feitje over Karel de Grote?
Slide 11 - Slide
Blz. 123
Slide 12 - Slide
4.1 opdrachten
Leerboek blz. 64 lezen over Karel de Grote
Werkboek blz. 122: maken opdracht 1 t/m 3 + 6
Dit is ook huiswerk voor volgende week dinsdag
Slide 13 - Slide
4.1 De koning en zijn leenmannen
deel 2
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Aan het einde van de paragraaf weet je;
- Hoe Karel de grote zijn rijk bestuurde.
- Wat leenmannen en leenheren zijn.
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Planning
Opdrachten 4.1 bespreken. 1 t/m 3 + opdracht 6
Het leenstelsel bespreken
Opdrachten 4.1 maken 7 t/m 9
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Het leenstelsel
Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
Daarom gaf hij stukken van zijn land te leen aan edelen: een graaf of hertog.
Zij moesten namens hem het gebied besturen en werden leenmannen van de koning.
De koning was de leenheer en de edelen de leenmannen.
Dit noem je het: leenstelsel
Slide 20 - Slide
Het leenstelsel
Leenstelsel
Leenheer
leenman
trouw
belasting
vechten
Slide 21 - Slide
Mini-koningen
De graaf mocht alles doen in zijn gebied waar hij zin in had, maar had wel verplichtingen naar de koning toe: 1) trouw beloven aan zijn leenheer, in dit geval koning Karel de Grote 2) elk jaar belasting betalen aan de leenheer 3) als er oorlog was dan moest de leenheer met zijn soldaten mee vechten
4) gebied besturen en rechtspreken
Vaak verdeelde leenheren gebieden weer onder hun ridders, onderleenmannen, omdat gebieden vaak nog te groot waren
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Drag question
Het Frankische Rijk valt uiteen
Het rijk werd na de dood van Karel de Grote steeds meer verdeeld