4.1 Hoe maak je dat?

4.1 Hoe maak je dat
Produceren
Bedrijfskolom/ Toegevoegde waarde
Productiekosten
Kostprijs per product
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.1 Hoe maak je dat
Produceren
Bedrijfskolom/ Toegevoegde waarde
Productiekosten
Kostprijs per product

Slide 1 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Kan je beschrijven wat produceren is
2) Kan je beschrijven hoe bedrijven in de bedrijfskolom zorgen voor toegevoegde waarde
3) Je weet wat productiekosten zijn
4) Je kan de kostprijs per product uitrekenen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Produceren
Produceren is het maken van goederen en het leveren van diensten

Slide 4 - Slide

Productiefasen
= Grondstof die komen uit de natuur
= Eindproduct 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Kan je beschrijven wat produceren is
2) Kan je beschrijven hoe bedrijven in de bedrijfskolom zorgen voor toegevoegde waarde
3) Je weet wat productiekosten zijn
4) Je kan de kostprijs per product uitrekenen

Slide 7 - Slide

Maak opdracht 2 t/m 4 (blz. 98)
Tijd: 5 minuten
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/buurvrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 98 en maak opdracht 5 t/m 8
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Bedrijfskolom

Slide 9 - Slide

Toegevoegde waarde
Kijk mee op blz. 99

Slide 10 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Kan je beschrijven wat produceren is
2) Kan je beschrijven hoe bedrijven in de bedrijfskolom zorgen voor toegevoegde waarde
3) Je weet wat productiekosten zijn
4) Je kan de kostprijs per product uitrekenen

Slide 11 - Slide

Maak opdracht 5 t/m 8 (blz. 99)
Tijd: 8 minuten
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/buurvrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 99 en maak opdracht 9 t/m 11
timer
8:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Productiekosten
productiekosten zijn alle kosten die je maakt bij het produceren.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Aan het einde van deze paragraaf
1) Kan je beschrijven wat produceren is
2) Kan je beschrijven hoe bedrijven in de bedrijfskolom zorgen voor toegevoegde waarde
3) Je weet wat productiekosten zijn
4) Je kan de kostprijs per product uitrekenen

Slide 18 - Slide

Maak opdracht 9 t/m 12 (blz. 99/ 100)
Tijd: 7 minuten
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/buurvrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 100 en maak opdracht 13 t/m 15
timer
7:00

Slide 19 - Slide

Kostprijs per product
Alle productiekosten : aantal producten

Slide 20 - Slide

Bakker Groenteman bakt 90 taarten. De productiekosten bedragen € 189. Bereken de kostprijs per taart.

Slide 21 - Open question

Fietsenfabriek Antilope heeft deze week 5200 fietsen geproduceerd. De totale productiekosten bedragen € 949.000. Bereken de kostprijs per fiets.

Slide 22 - Open question

Scheepswerf IJsselhof bouwt 35 plezierjachten per jaar. De kostprijs per schip is gemiddeld € 37.000. Bereken de totale productiekosten.

Slide 23 - Open question

Aan het einde van deze paragraaf
1) Kan je beschrijven wat produceren is
2) Kan je beschrijven hoe bedrijven in de bedrijfskolom zorgen voor toegevoegde waarde
3) Je weet wat productiekosten zijn
4) Je kan de kostprijs per product uitrekenen

Slide 24 - Slide

Maak opdracht 13 t/m 15 (blz. 99/ 100)
Tijd: 7 minuten
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/buurvrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 101 en maak opdracht 16 t/m 18
timer
7:00

Slide 25 - Slide

Agrarische bedrijven

Slide 26 - Slide

Industriële bedrijven

Slide 27 - Slide

Dienstverlenende bedrijven

Slide 28 - Slide

Maak opdracht 16 t/m 18 (blz. 99/ 100)
Tijd: 5 minuten
Werkvorm: Zelfstandig, overleg op fluistertoon met buurman/buurvrouw toegestaan
Klaar: Lees blz. 102 en maak opdracht 20 t/m 22
timer
5:00

Slide 29 - Slide