This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Periode 3 MW
Slide 1 - Slide
Evalueren
Wat betekent voor jullie evalueren?
Wanneer ben je aan het evalueren?
Slide 2 - Slide
Evalueren
Evalueren doe je op twee manieren:
Proces evaluatie
Product evaluatie
Maar je hebt ook tussen en eind evaluaties
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Wat is evalueren?
A
Achteraf bewust nadenken hoe het is gegaan
B
Na afloop deelnemers bedanken
C
Van tevoren nadenken hoe het zal gaan
D
Vooraf op papier zetten wat je gaat doen.
Slide 5 - Quiz
Product evaluatie
Met een procesevaluatie kun je nagaan of activiteiten op de juiste wijze en naar tevredenheid zijn uitgevoerd. Je komt te weten wat goed ging bij de uitvoering, maar ook wat tegenviel of niet gelukt is.
Slide 6 - Slide
Wat is evalueren op het proces?
Slide 7 - Open question
Proces evaluatie
Met een procesevaluatie gaat je na of de aanpak op de juiste wijze en naar tevredenheid is uitgevoerd. Je onderzoekt wat goed ging bij de uitvoering van de interventie, maar ook wat tegenviel of niet gelukt is.
Slide 8 - Slide
Wat is GEEN functie van evalueren?
A
Als kwaliteitsverbetering
B
Als voorbeeldfunctie
C
Als zelfreflectie
D
Als test middel
Slide 9 - Quiz
Doel evalueren
A
Plan
B
Do
C
Check
D
Act
Slide 10 - Quiz
Wat een functie van evalueren?
A
Verbeteren van je volgende training
B
Je nieuwe doelstelling bijstellen
C
De sporter tips geven
D
De beste spelers 1e elftal selecteren
Slide 11 - Quiz
Reflectie
Reflecteren betekent letterlijk: beschouwen of overdenken. Reflecteren is het terugblikken op je eigen handelen en ervaringen, daarover nadenken en vandaaruit nieuwe keuzes maken.
Slide 12 - Slide
Wat is reflecteren? En waarom is reflecteren belangrijk denk je?
Slide 13 - Open question
Waarop kan je reflecteren?
Slide 14 - Open question
Wat is het doel van reflecteren?
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Video
Korthagen
Slide 17 - Slide
Starr Methode
Slide 18 - Slide
De starr methode is
A
Een hulpmiddel om te reflecteren
B
Gebruikt iedereen
C
Is de enige werkbare methode
D
Is alleen voor zorg medewerkers
Slide 19 - Quiz
Een tussen evaluatie
A
Is niet belangrijk
B
Is handig om te checken
C
Kun je beter weg laten
D
Hoort bij de PDCA cyclus
Slide 20 - Quiz
Reflectie
Hoe kijken jullie terug op de lesstof van periode 3
Wat heb je geleerd en wat was belangrijk en neem je mee in de praktijk? Reflecteer hier eens op!