This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
Verkoopafhandeling
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
klantvriendelijk?
Slide 3 - Mind map
Verkoopafhandeling
Lesdoelen:
Weten hoe je een klant behandeld bij de kassa
Verschillende soorten geld kunnen onderscheiden
Slide 4 - Slide
Wat kun je het beste doen als een klant twijfelt over een aankoop?
Leg hem/haar uit dat het artikel geruild kan worden.
Eigen ervaring met het product vertellen.
Wijs hem/haar op een actie.
Overtuig hem/haar van de positieve eigenschappen van het product.
Slide 5 - Poll
Wat is (volgens jou) het belangrijkste bij verkopen?
Slide 6 - Open question
Wat is dus belangrijk bij de kassa?
Begroet de klant.
Kijk de klant aan.
Houd je aandacht bij de klant.
Vraag of de klant alles heeft kunnen vinden.
Zeg de klant gedag als hij weggaat.
Geef informatie over betaalwijzen en spaarsystemen en wijzen van afleveren.
Wijs de klant op garantie- en ruilvoorwaarden.
Blijf bij de kassa staan totdat de klant klaar is en vertrekt.
Slide 7 - Slide
Direct Betalen
Chartaal geld
Giraal geld
Waardebon
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
A
Chartaal
B
Giraal
Slide 10 - Quiz
Kees heeft een klant aan de kassa die €9,30 moet betalen. De klant betaald met een tientje. Kees vraag of de klant 30 cent bij heeft. Wat is het wisselgeld?
A
€0,30
B
€1,30
C
€1,00
D
geen wisselgeld
Slide 11 - Quiz
Giraal geld
Chartaal geld
Waardebon
Slide 12 - Drag question
0
Slide 13 - Video
Heb jij wel is met vals geld te maken gehad?
Ja
Nee
Slide 14 - Poll
Wat betekend dit symbool?
Slide 15 - Open question
Waardebon
Algemene waardebonnen (VVV Irischeque)
Branchebonnen (bloemen- of boekenbon)
Bedrijfsbon
Kortingsbon
Slide 16 - Slide
Waar staat de afkorting BTW voor?
Slide 17 - Open question
Ik koop een zak appels bij de supermarkt. Wat is het Btw-tarief?