This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
2.1 sparen of beleggen
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Samen maken opdracht 7
Slide 9 - Slide
Maken opdracht 1 t/m 9
Slide 10 - Slide
Henk spaart geld voor als zijn mobiel kapot gaat. Wat is zijn reden om te sparen?
A
Sparen voor een doel
B
Sparen uit voorzorg
C
Sparen voor de rente
D
Sparen als rekenmiddel
Slide 11 - Quiz
Als je geld apart zet omdat je straks rijlessen wilt dan spaar je ...
A
uit voorzorg.
B
voor de rente.
C
voor een doel.
Slide 12 - Quiz
Bereken de enkelvoudige interest na 2 jaar sparen: €1000 op de rekening tegen 2% rente
A
€40,00
B
€120,00
C
€60,00
D
€100,00
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Omschrijf wat enkelvoudige rente is.
Slide 16 - Open question
Omschrijf wat samengestelde rente is.
Slide 17 - Open question
Je hebt €5.350 op je spaarrekening staan en laat dit 4 jaar staan. Je krijgt 0,5% enkelvoudige rente. Hoeveel rente krijg je naar 4 jaar?
Slide 18 - Open question
Je stort €16,45 op je spaarrekening. Het rentepercentage is 2 %. Je laat het spaarbedrag en de gekregen rente voor 4 jaar op je bankrekening staan. Hoeveel rente heb je ontvangen in 4 jaar?