week 6

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

week 6

les 1

vandaag:

verder lezen: "Een zielig stadje"

bespreken

schrijfopdracht

huiswerk

doelen:

Je weet waar "Een zielig stadje" over gaat.

Je weet wat er goed gaat bij het schrijven van een tekst.

Je weet wat er beter kan.

verder lezen: "Een zielig stadje"

Lees mee op blz. 109.

Bespreek & schrijf op (bij elk hoofdstuk dat je leest):

- Wat gebeurt er in het hoofdstuk?

- Welke personages komen aan bod? Wat leer je over hen?

- Hoe vertelt Jan Terlouw het verhaal?

bespreken

- Wat gebeurt er?

               * Waar is Stach? Hoe ziet de omgeving eruit? Wat is het probleem? Hoe lost Stach het probleem op?

- Welke personages komen aan bod? Wat leren we over hen?

- Welk perpectief? Directe of indirecte rede?

- Relatie met maatschappelijk probleem?

schrijfopdracht - in duo's

Beschrijf in ongeveer 50-100 woorden (maak een keuze):

- Wat is het probleem en hoe lost Stach het op?

- Hoe kun je dit hoofdstuk  linken aan een maatschappelijk probleem?

- Wat zou jij ervan  vinden om in Afzette & Rije te wonen?

- Hoe zou dit hoofdstuk in de film verwerkt kunnen worden?

We bespreken de opdracht aan het begin van de volgende les.

huiswerk

Lees "De ministers zijn laat" (blz. 120-123).

week 6

les 2

vandaag:

bespreken schrijfopdracht vorige les

bespreken "De ministers zijn laat" 

lezen: "De onaantastbare pantaar".

doelen:

Je weet waar "De onaantastbare pantaar" over gaat.

Je weet wat er goed gaat bij het schrijven van een tekst.

Je weet wat er beter kan.

schrijfopdracht - in duo's

Met je partner (10 minuten):

- Lees de tekst van een ander groepje.

- Let op juistheid (klopt de informatie, worden er voorbeelden gegeven?)

- Spelling & grammatica

Na 10 minuten: feedback bekijken + bespreken in de klas

Bespreken huiswerk

Bespreek & schrijf op (bij elk hoofdstuk dat je leest):

- Wat gebeurt er in het hoofdstuk?

- Welke personages komen aan bod? Wat leer je over hen?

- Hoe vertelt Jan Terlouw het verhaal?

Lezen "De onaantastbare pantaar"

Bespreek & schrijf op (bij elk hoofdstuk dat je leest):

- Wat gebeurt er in het hoofdstuk?

- Welke personages komen aan bod? Wat leer je over hen?

- Hoe vertelt Jan Terlouw het verhaal?