Lesweek 6 (17-10-2023)

Welcome 3B
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welcome 3B

Slide 1 - Slide

Waarom zo?
Zoals jullie waarschijnlijk al wel weten heb ik een aanval gehad. Dit was een pittige aanval waardoor ik niet volledig terug aan het werk kan. Om te zorgen dat jullie niet achter gaan lopen heb ik de les op deze manier voor jullie gemaakt.

Jullie antwoorden kan ik inzien en zullen meetellen met hoeveel werk je hierna krijgt. Doe dus goed je best ;-)

Slide 2 - Slide

 Planning
Huiswerk

Present simple
Woorden oefenen

Slide 3 - Slide

Huiswerk

Leren van appartement t/m hotelkamer blz. 51

Dit zijn 5 woorden.

Slide 4 - Slide

Present simple
Gebruik je als iets altijd, vaak, soms of nooit gebeurt. 

Je hebt verschillende type zinnen:

De bevestigende zin (+)       -> Je zegt dat iets wel zo is.             
De ontkennende zin (-)        ->  Iets is niet zo is. In deze zin zit het woord 'not'
De vragende zin (?)                -> Een vraag. In deze zin zit een vraagteken.

Slide 5 - Slide

Present simple
(+) Wie + werkwoord (+s)                     I walk            she walks
Staat er she/he/it in de zin dan krijgt het werkwoord een s

(-) Wie + don't/doesn't + werkwoord          I don't walk      she doesn't walk
Je gebruikt doesn't bij she/he/it. Voor alle andere personen gebruik je don't

(?) Do/Does + wie + werkwoord                   Do I walk?      Does she walk?
Je gebruikt does bij she/he/it. Voor alle andere personen gebruik je do

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Does / Doesn't
Do / Don't
I
You
He
She
It
We
You
They

Slide 8 - Drag question

(+) I _______ French (to speak)
A
speaks
B
speaking
C
speak
D
spoke

Slide 9 - Quiz

(?) _____ she play tennis on the weekend?
A
Do
B
Does
C
Did

Slide 10 - Quiz

(+) They ______ TV every night
A
Watch
B
Watches
C
Watching
D
Watched

Slide 11 - Quiz

(-) She _______ speak Dutch at all.
A
didn't
B
do
C
not
D
does

Slide 12 - Quiz

(+) My father _____ his car every day.
A
Drive
B
Drives
C
Driving
D
Drove

Slide 13 - Quiz

(-) My brother _______ _______ pasta.
A
Do like
B
Does like
C
Doesn't like
D
Don't like

Slide 14 - Quiz

Twee opties
Vanaf hier van je kiezen wat je gaat doen. Hieronder staan je opties:

1. Kahoot over present simple (02994363)
2. Woordenlijsten oefenen via WRTS (lijst 1.2 t/m 1.5)

Slide 15 - Slide