Les Maandag 23 Maart: 5 Mensen&Regels. 5.2 les 2

Goede morgen! 

Wat fijn dat je bent begonnen met je les MMA.
En vergeet je oortjes niet!
1 / 30
next
Slide 1: Slide
m&mMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Goede morgen! 

Wat fijn dat je bent begonnen met je les MMA.
En vergeet je oortjes niet!

Slide 1 - Slide

Wat we in deze les gaan leren 
  • Wat het tijdvak van monikken en ridders is.
  • Hoe de macht verdeeld was in het tijdvak van de monnikken en ridders
  • Wie Karel de Grote was.

Slide 2 - Slide

Wat we in deze les gaan leren 
  • Wie de gestelijken zijn.
  • Wie monniken/nonen zijn.
  • Wie de adel is.
  • Wie de horigen zijn. 

Slide 3 - Slide

Het tijdvak van Monikken en Ridders noemen we ookwel 
De middeleeuwen

Slide 4 - Slide

De vraag van vandaag:
Wat maakt mensen machtig?

Slide 5 - Open question

Wie was Karel de Grote ookalweer?

Slide 6 - Open question

Waarom vond Karel het belangrijk dat het hele land Christelijk werd?

Slide 7 - Open question

Karel de Grote had de meeste macht. Zou hij de beslissingen helemaal zelf maken?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

Wat betekend 'geestelijke'?

Slide 10 - Open question

In de tijd van de ridders en monniken waren er heel veel mensen gelovig wat vind jij daar van?

Slide 11 - Open question

Wat heeft dat te maken met de macht van de geestelijken?

Slide 12 - Open question

Waarom hadden priesters/nonnen/monniken erg veel macht?

Slide 13 - Open question

Hebben geloven nu ook nog veel macht? Noem een voorbeeld

Slide 14 - Open question

Wat denk jij, is het grootste gedeelte van Nederland gelovig?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Video

de Adel
De adel was een groep rijke mensen in een land. 
Deze mensen hadden veel geld en waren belangrijk voor de keizer. 

Ze hielpen de keizer en vierden feesten met hem. 

Slide 17 - Slide

Welke persoon was het machtigst in de middeleeuwse samenleving?

Slide 18 - Open question

Welke groep mensen was daarna het machtigst in de middeleeuwse samenleving?

Slide 19 - Open question

De edelen kregen een deel van het land om te besturen.
Dit is een graafschap. 


De graaf was de baas van dit stukje grond. 
Hij werd ook wel de heer genoemd. 
De graaf moest de Keizer Karel de Grote bijstaan. 
Als er oorlog was moesten ze voor hem vechten. 
Edelen die moesten vechten noemen we ook wel ridders. 

Slide 20 - Slide

Een stukje land wat bestuurd wordt door een heer noemen wij een
A
Leenschap
B
Land
C
Graafschap
D
Kerkgrond

Slide 21 - Quiz

De graven kregen het stuk land van de keizer om te besturen.
Op dit stuk land leefden natuurlijk mensen. 

Sommigen leenden een stuk grond van de graaf.
Zij moesten een deel van hun oogst afstaan aan de graaf.
Anderen waren erg arm. Zij hoorden bij de grond en moesten werken voor de graaf. Deze mensen noemen we ook wel horigen. 

De graaf beschermde de horigen. De horigen moesten vechten en werken voor de graaf. 

Slide 22 - Slide

Boeren met geld leenden een stuk grond van de graaf. Wat moesten zij daarvoor terug geven?

Slide 23 - Open question

Mensen zonder geld hoorden bij de grond van de graaf. Hoe noemen we deze mensen?

Slide 24 - Open question

Wat moest de adel aan Karel de Grote geven in ruil voor het stuk land?

Slide 25 - Open question

Waarom zou de adel graag een stuk grond willen?

Slide 26 - Open question

Waarom geeft Karel de Grote een deel van zijn bestuur aan de adel?

Slide 27 - Open question

Sommige mensen vinden dat slim..
waarom denk je?

Slide 28 - Open question

Sommige mensen vinden dat niet zo slim... waarom denk je?

Slide 29 - Open question

Je bent nu klaar met de les.
Maak 5.2 af. 



Slide 30 - Slide