[4h/5v] Staatsinrichting IV - Wetten

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 5

Staatsinrichting van Nederland IV

Wetten

Lesdoelen

Je kunt:

- beschrijven welke stappen een wetsvoorstel aflegt om een wet te worden;

- uitleggen wat de Eerste Kamer precies doet;

- beschrijven hoe de senatoren in de Eerste Kamer gekozen worden (tweede les).

Herhaling:
Welke macht heeft de regering in Nederland?

1. De uitvoerende macht
2. De wetgevende macht
3. De rechterlijke macht
4. Al deze machten

Herhaling:
Welke van deze partijen is progressief?

1. CDA
2. SGP
3. D66
4. FvD

Herhaling:
Welke van deze partijen is rechts?

1. PvdA
2. SP
3. PVV
4. FvD

Het parlement

Het parlement bestaat uit zowel de Eerste als de Tweede Kamer.

Samen zijn zij verantwoordelijk voor het maken van wetten.

Pas als een wet door beide kamers goedgekeurd is,

 wordt de wet ingevoerd.

Stap 1

Het kabinet bespreekt het wetsvoorstel.

Meestal is een minister  verantwoordelijk, soms een Tweede Kamerlid.

Denk aan: Recht van initiatief

Stap 2

De Raad van State bespreekt het wetsvoorstel en geeft advies.

Is de wet in strijd met andere wetten?

Is de wet uitvoerbaar?

Stap 3

Het voorstel wordt besproken in de Tweede Kamer.

In de Tweede Kamer kunnen argumenten vóór of tégen de wet besproken worden, kunnen vragen beantwoord worden en kan het wetsvoorstel nog aangepast worden. Tot slot wordt er gestemd.

Denk aan: Recht van amendement

Stap 4

De Eerste Kamer stemt vervolgens voor of tegen de nieuwe wet.

De Eerste Kamer kan het voorstel niet meer aanpassen, alleen goedkeuren of afwijzen.

Stap 5

De koning zet zijn handtekening onder de nieuwe wet. Daarna moet de verantwoordelijke minister nog zijn/haar handtekening zetten.

Dit heet contraseign; beide handtekeningen moeten aanwezig zijn.

Stap 6

De wet wordt (digitaal) gepubliceerd in de Staatscourant.

Wanneer de wet gepubliceerd is, is hij meteen van kracht.

Van iedere inwoner van Nederland wordt verwacht dat hij/zij deze publicaties bijhoudt.

Wat doet de Raad van State?

1. Die geeft het kabinet advies over het wetsvoorstel.
2. Die zorgt er voor dat er genoeg stemmen in de Tweede Kamer gehaald kunnen worden.
3. Die zorgt er voor dat leden van de Eerste Kamer de wet nog aan kunnen passen.
4. Die geeft Tweede Kamerleden het recht om wetsvoorstellen in te dienen.

Met welk recht mogen Tweede Kamerleden de wetsvoorstellen nog aanpassen?

1. Het recht van interpellatie
2. De motie van wantrouwen
3. Het recht van amendement
4. Het recht van initiatief

Leg uit of de de contraseign de koning veel of weinig macht geeft.

Wie is er verantwoordelijk voor dat jij weet aan welke wetten jij je moet houden?

1. Dat is de staat, want die moet de wet publiceren.
2. Dat is de Tweede Kamer, want die stemt voor een nieuwe wet.
3. Dat is Raad van State, want die adviseert het kabinet over de nieuwe wet.
4. Dat ben jij zelf, want jij moet de publicatie van nieuwe wetten volgen.

Nu:

Maken van de opdracht in Teams.

De opdracht lever je vóór de volgende les in.

Volgende les:

Hoe wordt de Eerste Kamer samengesteld?

Lesdoelen

Je kunt:

- beschrijven welke stappen een wetsvoorstel aflegt om een wet te worden;

- uitleggen wat de Eerste Kamer precies doet;

- beschrijven hoe de senatoren in de Eerste Kamer gekozen worden (tweede les).

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je deze
les nog niet zo goed hebt begrepen.