Fase 2 WR3 Les 1 Tijdseenheden

         Fase 2                                                        


Fase 2

WR 3

Leerdoel Tijdseenheden

1 / 28
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

         Fase 2                                                        


Fase 2

WR 3

Leerdoel Tijdseenheden

Slide 1 - Slide

Leerdoel Tijdseenheden


Ik ken de volgende  tijdseenheden:

uren per dag

minuten per uur

seconden per minuut



Slide 2 - Slide

Wat leer ik deze les?
Wat kan ik aan het einde van de les?

Slide 3 - Open question

Noem iets wat (ongeveer) één uur duurt

Slide 4 - Open question

In één uur zitten 60 minuten
Hoe lang duurt één minuut???
Leg je telefoon weg, sluit je ogen en steek je hand op als je denkt dat één minuut voorbij is...wacht op het startsignaal van je docent.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Hoe lang duurt 1 seconde?
Het volgende fimpje duurt 1 seconde

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Nu we dit weten...
Doe allemaal je ogen dicht en open ze als je denkt dat 10 seconden voorbij zijn. 
De docent zal het startsein geven. 

Slide 9 - Slide

Wat is de juiste volgorde van kort naar lang
A
jaar maand minuut seconde
B
seconde maand uur minuut
C
minuut seconde jaar maand
D
seconde minuut maand jaar

Slide 10 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van lang naar kort
A
jaar maand minuut seconde
B
seconde maand uur minuut
C
minuut seconde jaar maand
D
seconde minuut maand jaar

Slide 11 - Quiz

Hoeveel seconden zitten er in een uur?
A
60
B
600
C
360
D
3600

Slide 12 - Quiz

Hoeveel uur per dag ben je normaal op school als je om 08.30 uur begint en om 14.30 uur klaar bent?
A
5
B
6
C
7
D
9

Slide 13 - Quiz

Tijd bijhouden
Vaak moet je tijd bijhouden. Dit kan zijn bij het koken (hoe lang moet een eitje koken?), tijdens de les (hoe laat gaat de bel?) en ook bij het sporten bijvoorbeeld!

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

1 dag = 24 uur

Slide 17 - Slide

1 uur = 60 minuten

Slide 18 - Slide

1 minuut  = 60 seconden

Slide 19 - Slide

1 dag heeft
24...
A
dagen
B
uren
C
minuten
D
seconden

Slide 20 - Quiz

2 dagen = ... uur
A
12
B
24
C
48
D
120

Slide 21 - Quiz

1 uur heeft
60 ...
A
dagen
B
uren
C
minuten
D
seconden

Slide 22 - Quiz

4 uur = ... minuten
A
24
B
60
C
240
D
600

Slide 23 - Quiz

1 minuut heeft
60 ...
A
dagen
B
uren
C
minuten
D
seconden

Slide 24 - Quiz

3 minuten = ... seconden
A
60
B
18
C
600
D
180

Slide 25 - Quiz

tijdseenheden
1 uur = ................. minuten = ........................seconden
1 minuut = ................... seconden
1 dag = .................... uur
een week heeft............ dagen
een maand heeft........... of ................ of.............. dagen
een kwartaal = ....... maanden
een jaar heeft ........ maanden,.........kwartalen,........weken

Slide 26 - Slide

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Slide 27 - Mind map

Ben je tevreden over hoe je geleerd hebt deze les? Geef je gedrag en je inzet een cijfer tussen 1-10!

Slide 28 - Open question