Hoofdzin en bijzin les 1 (8/03)

Welkom!
Ga rustig op je plek zitten en leg je boek en leesboek op tafel
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Ga rustig op je plek zitten en leg je boek en leesboek op tafel

Slide 1 - Slide

Hoofdzin en bijzin

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
- Wat weet je nog?
- Theorie
- Oefenen
- Werken aan de opdracht 


Aan het einde van de les heb je geleerd hoe je beredeneert of een zin een hoofdzin of een bijzin is. 

Slide 3 - Slide

Verkennen

Slide 4 - Slide

Verkennen
Wat? Opdracht 1 en 2 op bladzijde 108
Hoe? Zelfstandig en stil
Tijd? 6 min
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Lees verder in je leesboek
timer
5:00

Slide 5 - Slide

Wat weet je nog?

Slide 6 - Slide

1. We gaan met de klas naar Parijs en zullen daar een week blijven.
  • en - nevenschikkend 
2. Wel weten we, dat het ergens in een buitenwijk zal zijn.
  • dat - onderschikkend 
3. Mevrouw Luttema en meneer Boor gaan mee als extra begeleiders, maar dat is nog niet zeker.
  • maar - nevenschikkend 
4. In elk geval gaat onze mentor mee, dus gezellig wordt het zeker!
  • dus - nevenschikkend 
5. Als we in Parijs zijn, wil ik graag wat kledingwinkels bezoeken.
  • als - onderschikkend 

Slide 7 - Slide

Theorie 
Hoofdzin en bijzin 

Slide 8 - Slide

Theorie 
Zinnen die zelfstandig kunnen staan noemen we hoofdzinnen. 
Zinnen die niet zelfstandig kunnen staan noemen we bijzinnen. 

  • In hoofdzinnen staat de persoonsvorm meestal op de tweede plaats, in bijzinnen staat de persoonsvorm meestal verder naar achteren.
  • In een hoofdzin kan de persoonsvorm los staan van andere werkwoorden.
  • In de bijzin staan alle werkwoorden bij elkaar, het is niet mogelijk om er iets tussen te zetten. 

  • Julia blijft thuis, omdat het heel hard regent.

Slide 9 - Slide

Theorie 
Nevenschikkend:
  • Hoofdzin + hoofdzin

Onderschikkend:
  • Hoofdzin + bijzin
  • Bijzin + hoofdzin 

  • Je gebruikt voegwoorden om zinnen te combineren 

Slide 10 - Slide

Theorie 
Hoe kan je alle persoonsvormen vinden in een zin?

1. Getalproef
2. Tijdsproef 

  • Jos fietst hard, omdat hij niet te laat wil komen. 
  • Jos fietste hard, omdat hij niet te laat wilde komen. 

  • Bedenk daarna of het een hoofdzin of bijzin is. 

Slide 11 - Slide

Oefenen

Slide 12 - Slide

Oefenen
Het is dus mogelijk dat je bijzinnen tot in het oneindige toevoegt in andere bijzinnen of hoofdzinnen. 
  • dat je bijzinnen tot in het oneindige toevoegt in andere bijzinnen of hoofdzinnen. 

Maar omgekeerd kan het ook zijn dat bijzinnen zelfstandig voorkomen. 
  • dat bijzinnen zelfstandig voorkomen

Iedereen kan dan zelf invullen wat jij zou doen als je toch eens rijk was.
  • wat jij zou doen
  • als je toch eens rijk was


Slide 13 - Slide

Werken aan de opdracht
Wat? Maak opdracht 4, 5 en 7 t/m H op bladzijde 108-109
Hoe? Zelfstandig en stil
Tijd? Tot het einde van de les (het is huiswerk voor 15/03)
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Lees verder in je leesboek of maak ander huiswerk
timer
7:00

Slide 14 - Slide

Huiswerk
Voor volgende week vrijdag 15 maart 2024 moet opdracht 4, 5 en 7 t/m H op bladzijde 108-109 af zijn.

Schrijf dit op in je plenda! 

Slide 15 - Slide