Het Verteringsstelsel: Van Mond tot Kont

Het Verteringsstelsel: Van Mond tot Kont
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Het Verteringsstelsel: Van Mond tot Kont

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je de verschillende organen van het verteringsstelsel benoemen en begrijpen hoe voedsel wordt verteerd.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over het verteringsstelsel?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is het verteringsstelsel?
Het verteringsstelsel is het systeem in ons lichaam dat voedsel afbreekt en de voedingsstoffen opneemt.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

De organen van het verteringsstelsel
Het verteringsstelsel bestaat uit de mond, slokdarm, maag, dunne darm, dikke darm en anus.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Mond en Speeksel
In de mond begint de vertering. Het speeksel bevat enzymen die zetmeel afbreken.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slokdarm en Maag
De slokdarm transporteert voedsel naar de maag. In de maag wordt voedsel gekneed en vermengd met maagsap.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Dunne Darm
In de dun darm worden voedingsstoffen opgenomen in het bloed. Het heeft een groot oppervlak door de darmvlokken.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Dikke Darm en Anus
De dikke darm absorbeert water en vormt ontlasting. De ontlasting wordt opgeslagen in de endeldarm en wordt uitgescheiden via de anus.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Samenwerkingsopdracht
Werk in groepjes van twee. Maak een poster waarop je het verteringsstelsel illustreert en de functie van elk orgaan beschrijft.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.