D1BTh7 B5 Vruchten zaden uitleg

D1BTh8 B5
Vruchten en zaden
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a. 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

D1BTh8 B5
Vruchten en zaden
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Ziek of afwezig of herhaling uitleg?
Kijk het uitleg-filmpje
 3 minuten

In de titel van het filmpje staat: Basisstof 4  -  Vruchten en zaden.
Ons boek: Basisstof 5  -  Vruchten en zaden
Kijk het filmpje over vruchten en zaden!

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

In de bloem:
Zaadbeginsels worden zaden
Na de bevruchting gaan de zaadbeginsels en het vruchtbeginsel groeien. 

De zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden met in elk zaad een bevruchte eicel. 

Als een eicel in een zaadbeginsel niet bevrucht is, verschrompelt dat zaadbeginsel.

De zaden van peulvruchten (bijv. de sperzieboon)  noem je bonen.

1. Verschrompeld zaadbeginsel: Dit zaadbeginsel is niet bevrucht.
2. Een minder goed ontwikkelt zaad (het kleinere boontje)

1
Restant bloemkelk met bloemsteel

2
Restant van de stijl

3

Slide 5 - Slide

De bloem is nog niet bevrucht.
De bloem is bevrucht. Het vruchtbeginsel en het zaadbeginsel zijn aan het groeien.
Bloemsteel
1
Restje van de kelkbladeren
2
Kroonbladeren
3
Vruchtbeginsel
4
Zaadbeginsel
5
Meeldraden
6

Slide 6 - Slide


Kroonbladeren en meeldraden vallen af.

Je ziet het vruchtvlees met de zaden.
Als de zaden rijp zijn, 
springt de vrucht open
en komen de zaden vrij
Zaden bevatten reserve voedsel 
dat nodig is voor het kiemen
Hier zie je de lange vrucht van de sperzieboon (peulvrucht).
bloemkelk
restje van de stijl

Slide 7 - Slide

Pitten zijn ook zaden, ze zitten in fruit. Er is fruit met heel veel pitten. Er zijn dan heel veel eicellen bevrucht. Daar zijn dus heel veel stuifmeelkorrels voor nodig geweest.
Het vruchtbeginsel van een kers bevat één zaadbeginsel.
Er is maar 1 eicel bevrucht en 1 zaad ontstaan. De aardbei is heel vaak bevrucht. De zaadjes zie je aan de buitenkant.
Pitten zijn zaden
De pitjes (zaden) zie je aan de buitenkant.

Meloen: Heel veel zaden, dus er zijn heel veel eicellen bevrucht. Er zijn hier heel veel stuifmeelkorrels op de stempel van de bloem terecht gekomen.

Slide 8 - Slide

Een druif is een vrucht.

De druiven van de tros bevatten
gemiddeld vijf pitten.

Hoeveel vruchtbeginsels zijn er ongeveer betrokken geweest bij de vorming van deze tros druiven?
A
1
B
5
C
ongeveer 15
D
ongeveer 75

Slide 9 - Quiz

Zaad en vrucht
Wat is het zaad?
Wat is de vrucht?

Zaad
1
Vrucht
2
Leren

Slide 10 - Slide


Deze tomaat is ontstaan uit
A
het zaadbeginsel
B
het vruchtbeginsel
C
een zaad
D
de eicel

Slide 11 - Quiz

Appel, wat is nu wat?
Wat is het zaad van het peultje en wat is het vruchtvlees?
Steeltje
1
Vruchtvlees
2
Klokhuis met daarin het zaad.
Uit een zaad kan een nieuwe appelboom groeien als dat zaadje gepoot wordt. De kiem (het begin van het jonge plantje) zit in het zaad.
3
Kroontje met verwelkte blaadjes
4

Slide 12 - Slide

Wat is de juiste volgorde?

1 Een bevruchte eicel ontwikkelt zich tot een kiem.
2 De kern van een stuifmeelkorrel versmelt met de eicelkern.
3 Er ontstaat een rijpe vrucht.

A
1 - 2 - 3
B
1 - 3 - 2
C
2 - 1 - 3
D
3 - 2 - 1

Slide 13 - Quiz

Levenscyclus van een plant
Kiemen van een boon



Volgende slide:
Filmpje over de levenscyclus.


Let op in welke volgorde dit gebeurt 
(zie ook de afbeelding).

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Kiemen van zaad

Bekijk de animatie (volgende slide).

In je schrift:
Noteer welke omstandigheden een zaad nodig heeft om te kunnen kiemen.
Tip:Geroosterde bruine boterham met een plakje kaas en tuinkers
Praktijk: Tuinkers kweken en er lekker van eten.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Wat is de juiste volgorde bij kiemen?
1. De zaadlobben komen als eerste boven de grond
2. Het worteltje komt naar buiten
3. De zaadlobben verschrompelen
4. Tussen de zaadlobben komen 2 blaadjes te voorschijn


A
1 - 2 - 3 - 4
B
2 - 1 - 4 - 3
C
4 - 2 - 1 - 3
D
3 - 4 - 1 - 2

Slide 18 - Quiz