Wel/geen poëzie?
Ik zie twee mensen op het strand
Vlakbij het water, hand in hand
De zon zakt, ze zwijgen van geluk
Ik ken haar net, want dat ben jij
Ze lacht naar hem, hij lijkt op mij
Maar dat kan niet (want) ik maak alles stuk
Ik kan die jongen toch nooit zijn
Die rust, die liefde, niets voor mij
Maar waarom lijkt het dan toch zo vertrouwd?
Ik heb je lief zoals je ziet
Maar ergens klopt er hier iets niet
Ik draag een ring maar 'k heb jou nooit getrouwd
Ik ben mezelf niet
Of al die jaren nooit geweest
Ik ben de gangmaker op het verkeerde feest
Ik ben mezelf niet of nooit geweest
Ik ben mezelf niet of nooit geweest