Workshop samenwerkend leren zaakvakken

Workshop samenwerkend leren zaakvakken
1 / 22
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Workshop samenwerkend leren zaakvakken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Workshop samenwerkend leren zaakvakken

Zorg dat je zo alleen mogelijk zit (tafels uit elkaar en monden dicht)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

I. Bij stijgende temperatuur worden de moleculen groter.
II. Tussen de moleculen van een gas zit lucht.
A
Beiden zijn waar.
B
Beiden zijn niet waar.
C
I. is waar, II. is niet waar.
D
I. is niet waar, II. is waar.

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Welke stof is geen bouwstof van het
celmembraan?

A
Fosfolipide
B
Glycoproteine
C
Cholesterol
D
Vitamine B1

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Het vak geschiedenis werkt met tijdvakken. Hoe wordt het tijdvak genoemd waarin we nu leven?
A
De moderne tijd
B
Tijd van vergrijzing
C
Tijd van televisie en computers
D
Tijd van globalisering

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Welke 2 signaalwoorden geven een tegenstelling aan?
A
cependant, par contre
B
enfin, en général
C
avant de, après
D
tout de suite, pendant que

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Hoe groot is de kans dat in een klas met 23 leerlingen dat minstens 2 leerlingen op dezelfde dag jarig zijn?
A
Minder dan 5%
B
Tussen de 5% en 25%
C
Tussen de 25% en 50%
D
Meer dan 50%

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Workshop samenwerkend leren zaakvakken

Zorg dat je in groepjes zit en je mag nu ook overleggen.

Laat één iemand per groepje antwoord geven.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

I. Bij stijgende temperatuur worden de moleculen groter.
II. Tussen de moleculen van een gas zit lucht.
A
Beiden zijn waar.
B
Beiden zijn niet waar.
C
I. is waar, II. is niet waar.
D
I. is niet waar, II. is waar.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Welke stof is geen bouwstof van het
celmembraan?

A
Fosfolipide
B
Glycoproteine
C
Cholesterol
D
Vitamine B1

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Het vak geschiedenis werkt met tijdvakken. Hoe wordt het tijdvak genoemd waarin we nu leven?
A
De moderne tijd
B
Tijd van vergrijzing
C
Tijd van televisie en computers
D
Tijd van globalisering

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Welke 2 signaalwoorden geven een tegenstelling aan?
A
cependant, par contre
B
enfin, en général
C
avant de, après
D
tout de suite, pendant que

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Hoe groot is de kans dat in een klas met 23 leerlingen dat minstens 2 leerlingen op dezelfde dag jarig zijn?
A
Minder dan 5%
B
Tussen de 5% en 25%
C
Tussen de 25% en 50%
D
Meer dan 50%

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Ging het beantwoorden van deze vragen beter in een groepje?
A
Ja
B
Nee
C
geen verschil
D
Weet niet, ik was vergeten wat ik goed had. Blijkbaar kan ik alleen niet zo goed opletten.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Hebben jullie zo in gesprek met elkaar ook nog iets anders geleerd?
A
Ja
B
Nee
C
Weet niet
D
Geen mening

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Beter een groepje dat min of meer aan het werk is dan een tweetal dat in stilte naar jouw uitleg aan het staren is.
Eens
Oneens

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

Enkele voordelen van groepjes
- Grotere diversiteit aan ideeën, meer creativiteit
- Leerlingen ontwikkelen hun sociale vaardigheden meer
- In het echte leven opereer je ook vaak in groepen, dat kun je maar beter geoefend hebben. "Samenwerken moet je leren en in de politiek kunnen ze het ook nog steeds niet" (Koops)
- Grotere diversiteit aan kwaliteiten, expert aan tafel
- Ze leren van elkaar (dit is niet noodzakelijkerwijs lesstof), daar kun jij als docent dan ook weer van leren.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat ervaren jullie als nadeel van een klassenopstelling in groepjes?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Samen werken, in groepjes zitten = gedeelde verantwoordelijkheid.
Dit moet voor de leerling duidelijk zijn op een:
Impliciete wijze
Expliciete wijze

Slide 19 - Poll

This item has no instructions

Samen werken, in groepjes zitten = gedeelde verantwoordelijkheid
Maak dit expliciet. Spreek af dat:
"De leeropbrengst van in groepjes zitten alleen behaald wordt als er tijdens een uitleg (enigszins) geluisterd wordt en als er tijdens werktijd (min of meer) gewerkt wordt." 

Als dit onvoldoende gebeurt geldt onze gevangenisslogan: "Vrijheid in gebondenheid
De klas is samen verantwoordelijk voor de klassenopstelling. Opties als het niet lekker gaat:
- Losse leerlingen verplaatsen
- Losse leerlingen een vaste plaats geven, groepjes formeren zich hieromheen
- Vaste groepjes (maar geen vaste plek in het lokaal)
- Vaste groepjes en vaste plek in lokaal (=plattegrond)
- Busopstelling met plattegrond.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Ik zet vandaag nog mijn lokaal in de groepsopstelling
A
Nee, want het staat al zo
B
Ja, goed idee!
C
Ja, ik ga het proberen
D
Nee, ik ben niet overtuigd

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Slide 22 - Link

https://docs.google.com/document/d/1foR6Sf2mtFN3bQBqn1Rx1kupbQM8xNsGmqI6YQGVH4g/edit