Herhaling hoofdstuk 1

Herhaling hoofdstuk 1
Paragraaf 1 tot en met 4
1 / 37
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herhaling hoofdstuk 1
Paragraaf 1 tot en met 4

Slide 1 - Slide

Paragraaf 1
Kantelt het economisch wereldbeeld?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wat valt je op?

Slide 4 - Slide

Waarom verplaatsen MNO'S hun productie naar het buitenland?

Slide 5 - Open question

Wat zijn de effecten van verschuivende handelspatronen?
Noem 3 effecten

Slide 6 - Open question

Wat is globalisering?

Slide 7 - Open question

Wat is global shift?

Slide 8 - Open question

Wat zijn BRICS landen?
A
Brazilië, Rusland, Indonesië, China, Zuid-Amerika
B
België, Roemenië, Italië, Cyprus, Slowakije
C
België, Roemenië, Ierland, Cyprus, Zweden
D
Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika

Slide 9 - Quiz

Paragraaf 2
Ontwikkeling van de wereldeconomie

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Handelskolonialisme was van
A
1500-1800
B
1600-1800
C
1200-1600
D
1600-1900

Slide 12 - Quiz

De eerste periode van het kolonialisme is het.....
A
handelskolonialisme
B
industrieel kolonialisme

Slide 13 - Quiz

Het belangrijkste verschil tussen handelskolonialisme en industrieel kolonialisme is dat bij het industrieel kolonialisme.....
A
de koloniën zelfstandig zijn en afspraken maken over de handel in grondstoffen.
B
het moederland de kolonie bestuurt en grote plantages aanlegden voor de handel.
C
De koloniën zelfstandig zijn, maar grondstoffen aanvoeren en een afzetmarkt zijn voor de industrielanden.
D
Het moederland de kolonie bestuurt en zorgt voor aanvoer grondstoffen en voor een afzetmarkt voor hun producten.

Slide 14 - Quiz

Met welk begrip geef je aan dat een land onafhankelijk wordt na de koloniale tijd?

Slide 15 - Open question

Paragraaf 3
Ontwikkeling in verschillende snelheden

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Leg uit wat een exploitatiekolonie is.

Slide 19 - Open question

Leg uit wat een vestigingskolonie is

Slide 20 - Open question

Wat is het verschil tussen een exploitatiekolonie en een vestigingskolonie?

Slide 21 - Open question

Wat is GEEN natuurlijke oorzaak?
A
De ligging
B
De ontwikkelingskansen
C
Politiek
D
Reliëf

Slide 22 - Quiz

Waarom kan het politieke systeem invloed hebben op de armoede van een land?

Slide 23 - Open question

Noem een externe oorzaak voor armoede in een land
A
Corrupt bestuur
B
grote sociale ongelijkheid
C
het land exporteert vooral grondstoffen naar het moederland
D
geen grondstoffen

Slide 24 - Quiz

Paragraaf 4
Winnaars en verliezers

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Positie in de wereld.
Wat zou dit betekenen?

Slide 27 - Slide

Wat is de globaliseringsindex?
A
Hoever de globalisering tussen landen plaatsvindt
B
Hoe sterk een land verbonden is met de wereld
C
Hoe sterk een land verbonden is met het buitenland
D
Hoe sterk een land verbonden is met de handel binnen haar eigen land

Slide 28 - Quiz

Positie in de wereld van Nederland.

  • Globaliseringsindex = hierin kun je aflezen hoe sterk een land verbonden is met het buitenland.
  • Conclusie: Nederland is in zeer hoge mate verbonden met het buitenland.
  • In Nederland veel innovatieve ( vernieuwende ) hightechbedrijven.



Slide 29 - Slide

Wat zijn vestigingsfactoren?
timer
0:30

Slide 30 - Open question

Wat is géén vestigingsfactor voor hightechbedrijven bij Eindhoven?
A
Hoog opgeleide bevolking
B
gunstige afzetmarkt
C
nabijheid van andere hightechbedrijven
D
snelle aanvoer van grondstoffen

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Video

Kenmerken: Oost Groningen
- traditioneel landbouw gebied
- ongunstige ligging, ver weg van economische kerngebieden
- jongeren trekken weg 
- voorzieningen sluiten

-> bevolking krimpt en vergrijst

Slide 33 - Slide

Kansen voor Oost-Groningen
  • De leefomgeving: dit gebied geeft rust en ruimte en je woont er goedkoop.
  • Het energiebeleid: het landschap in dit gebied is geschikt voor het opwekken van duurzame energiebronnen, zoals: windenergie, zonne-energie.
  • Overheidsbemoeienis: de overheid gaat in dit aardbevingen getroffen gebied investeren.
De toekomst gaat uitwijzen of Oost-Groningen gaat de krimp weet om te zetten naar een groei in de bevolking.

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

Er komt een sleepvraag aan.
Mno's laten de keuze voor de vestigingsplaats van hun bedrijf afhangen van tal van factoren. 
Sleep de juiste factoren naar de fysisch, economische of politieke factor.

Slide 36 - Slide

Fysische factoren.
Economische factoren.
Politieke factoren.
Belastingvoordeel.
Bereikbaarheid.
Vakbekwaamheid beroepsbevolking.

Slide 37 - Drag question