BPO - Les 1 Bewijzen met STARR methode

Planning maken
In de eerste week van de BPV maak je een planning voor alle opdrachten.

Je bespreekt de planning met je stagebegeleider. Indien nodig pas je de planning aan. 
De planning zet je in Wordpress.

Zet deze data in Outlook met een herinnering.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
MentorlesMBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Planning maken
In de eerste week van de BPV maak je een planning voor alle opdrachten.

Je bespreekt de planning met je stagebegeleider. Indien nodig pas je de planning aan. 
De planning zet je in Wordpress.

Zet deze data in Outlook met een herinnering.

Slide 1 - Slide

Logboek bijhouden
Hieronder staan tips om een logboek bij te houden. Je maakt er een prettig leesbaar verhaal van en blogt dit in je portfolio (Nieuw bericht aanmaken, categorie geven – logboek en hashtags)


• Beschrijf wat je de afgelopen week hebt gedaan.
• Welke bijzondere of nieuwe dingen heb je gedaan?
• Wat ging goed? Wat ging minder goed? Hoe kwam dat?
• Wat vond je het leukste om te doen? Wat was minder leuk om te doen? Waarom?
• Bij welke werkzaamheden had je (nog) hulp nodig?
• Kreeg je complimenten? Waarvoor?
• Welke andere feedback heb je ontvangen?
• Wat doe je de volgende week/keer anders?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

STARR methode
Je leert nu de STARR methode toe te passen bij het schrijven van bewijzen. Ook na de stage ga je hiermee verder. 
STARR is een acroniem voor:

S: wat was de Situatie?
T: wat was de Taak?
A: welke Acties heb je ondernomen?
R: wat was het Resultaat?
R: wat heb je geleerd door Reflectie?

Soms wordt er ook nog de T van Toepassen toegevoegd (STARRT). Deze T ga je in je eindpresentatie verwerken. 

Slide 4 - Slide

Situatie
Je beschrijft de context waarin de gebeurtenis plaatsvond. Wat gebeurde er? Wie waren erbij betrokken? Waar en wanneer speelde het zich af? Beschrijf puur de feiten en omstandigheden, alsof je vertelt wat er in een film te zien was.

Slide 5 - Slide

Taak
Hierbij gaat het om jouw rol in de situatie. Wat was jouw opdracht? Wat werd er van je verwacht? Dit kan de taak zijn die je van school of van je stagebegeleider kreeg, maar maak het ook persoonlijk. Vraag je bijvoorbeeld af wat jij wilde bereiken en van jezelf verwachtte.

Slide 6 - Slide

Actie
Vervolgens beschrijf je jouw daadwerkelijke handelingen. Wat heb je gedaan? Wat heb je gezegd? Probeer ook te onderbouwen waarom je het op die manier hebt aangepakt. Als je een opleiding doet, kun je hiervoor gebruikmaken van theoretische concepten die je hebt geleerd.

Slide 7 - Slide

Resultaat
Stel jezelf de volgende vragen: Wat waren de gevolgen van jouw actie? Hoe reageerden de betrokken personen op wat jij deed? Het gaat er nog niet om of je hiermee tevreden bent, maar alleen om wat er gebeurde na jouw actie.

Slide 8 - Slide

Reflectie
Ten slotte kun je met de methode van STARR reflecteren op de voorgaande onderdelen. (situatie, taak, actie en resultaat)

Hoe vond je dat jij het deed? Ben je tevreden over de uitkomst of het resultaat van je handelen? Wat heb je geleerd? Kun je dit ook toepassen in andere situaties? Wat zou je volgende keer anders doen? 

Probeer je voor een diepgaande reflectie ook te verplaatsen in de mensen die betrokken waren bij de situatie en je af te vragen wat zij over jouw actie zouden zeggen. 

Slide 9 - Slide

Toepassen (alleen eindpresentatie)
Beschrijf hoe je het geleerde kunt toepassen in andere, meer complexe situaties.    

Wat ga je anders doen door je nieuwe inzichten? Welke leerdoelen neem je mee voor opleiding? In welke situaties wil je het toepassen? Welke mogelijkheden heb je tot je beschikking?

Slide 10 - Slide

7 tips om nog beter STARR te reflecteren
  1. Schrijf in de ik-vorm zodat je je echt focust op jouw rol in de situatie. Zelfs als je de reactie van anderen beschrijft, kun je dit in de ik-vorm doen.
  2. Stel jezelf open vragen want daardoor krijg je veel diepgaandere inzichten en – erg belangrijk als het een opdracht voor school is – kun je een uitgebreid reflectieverslag schrijven.
  3. Beschrijf de situatie eerst objectief zonder er een waardeoordeel over te hebben. Beperk je dus tot de feiten voordat je bij het laatste onderdeel van de STARR, reflectie, ook je mening gaat geven.
  4. Kijk niet alleen naar de problemen en dingen die fout gingen, maar ook naar je successen. Je kunt namelijk evenzeer leren van wat er goed ging.
  5. Vraag anderen om met je mee te reflecteren zodat je de situatie uit meerdere perspectieven bekijkt. (Klasgenoot of je stagebegeleider)


Slide 11 - Slide

Aan de slag
Schrijf een nieuw blogbericht aan de hand van de STARR methode. Vanaf nu schrijf je al je bewijzen op deze wijze (ook na je stage).

Slide 12 - Slide