1.
Motiverende gespreksvoering: Ga in gesprek met meneer Jansen om zijn eigen motivatie voor gedragsverandering te ontdekken. Vraag naar zijn perceptie van zijn gezondheid, zijn doelen en wat hij bereid is te doen om zijn gezondheid te verbeteren.
2. Educatie: Bied gerichte educatie over de relatie tussen zijn leefstijl en zijn gezondheidsproblemen. Laat zien hoe veranderingen in rookgedrag, voeding en fysieke activiteit positieve invloed kunnen hebben op zijn ademhalings- en hartfunctie.
3. Zelfmanagementvaardigheden: Help meneer Jansen bij het ontwikkelen van zelfmanagementvaardigheden. Leer hem hoe hij zijn symptomen kan monitoren, medicatie kan beheren en welke stappen hij kan ondernemen in geval van verergering van zijn symptomen.
4. Betrek het sociale netwerk: Informeer de familie en vrienden van meneer Jansen over zijn gezondheidstoestand en betrek hen bij het ondersteunen van gedragsverandering. Een ondersteunend sociaal netwerk kan een positieve invloed hebben op zijn motivatie.
5. Gedragsdoelen stellen: Werk samen met meneer Jansen om realistische, haalbare doelen te stellen op korte en lange termijn. Maak deze doelen specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden (SMART).