This lesson contains 14 slides, with text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Nederlands
Nederlands
Slide 1 - Slide
Lezen in je boek
timer
10:00
Slide 2 - Slide
Lesdoel
woordenschat/beeldspraak
vergelijking
metafoor
personificatie
metonymie
Slide 3 - Slide
Lesdoel
Tekstverbanden en signaalwoorden:
concluderend verband
redengevend verband
oorzakelijk verband
vergelijkend verband
doel-middelverband
samenvattend verband
voorwaardelijk verband
toegevend verband
Slide 4 - Slide
Zelfstandig aan het werk!
Slide 5 - Slide
concluderend verband
redengevend verband
oorzakelijk verband
vergelijkend verband
doel-middelverband
samenvattend verband
voorwaardelijk verband
toegevend verband
Ik ben ziek, daarom blijf ik thuis.
Ik ben zenuwachtig omdat ik te laat ben.
Het is warm, daardoor smelt mijn ijsje.
Vandaag is het weer beter dan gisteren.
Ik doe een trui aan, zodat ik het warm krijg.
We hebben ons vermaakt, m.a.w. het feest was geweldig!
We gaan op de fiets, tenzij het regent.
Hoewel ze van feestjes houdt, gaat ze niet.
Slide 6 - Slide
Pauze
timer
10:00
Slide 7 - Slide
0
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
bijvoegelijke bepaling en ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
dit prachtig gerestaureerde gebouw uit de middeleeuwen
gebouw = kern = zelfstandig naamwoord
prachtig gerestaureerde + uit de middeleeuwen = bijv.bep
prachtig = obwb
Slide 10 - Slide
bijvoegelijke bepaling en ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
Aan wie van hen / heeft hij / het best betaalde baantje / gegeven?
wie = kern = voornaamwoord
baantje = kern = zn
van hen + best betaalde = bijv.bep
best = obwb
Slide 11 - Slide
bijvoegelijke bepaling en ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
Na de bijna afgelopen finale zal de hoofdscheidsrechter in de fraai versierde sportkantine de zware, zilveren wisselbeker uitreiken aan de winnaar.
Wat zijn de zinsdelen?
Wat zijn de de kernen?
Slide 12 - Slide
bijvoegelijke bepaling en ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
Na de bijna afgelopen finale / zal / de hoofdscheidsrechter / in de fraai versierde sportkantine / de zware, zilveren wisselbeker / uitreiken / aan de winnaar.
Ontleed de zinnen: pv, ow, wg, lv, mv, bwb
bijv.beps en de obwb's?
Slide 13 - Slide
bijvoegelijke bepaling en ondergeschikte bijwoordelijke bepaling
Na de bijna afgelopen finale / zal / de hoofdscheidsrechter / in de fraai versierde sportkantine / de zware, zilveren wisselbeker/ uitreiken / aan de winnaar.
