Thema 1 - Het verleden

• NT2
• MBO
• Studiejaar 4

Hoe was je weekend?

Perfectum - de voltooide tijd

Hoe was je weekend

1A

het bedrijf

het strand

de boulevard

de zaak

zand langs 

de zee

weg met winkels langs de zee

groene kool voor stamppot

rol met 

gekruid vlees

<-> winnen

vervelend, frustrerend

waar je eten heen gaat

speciaal

niet leuk 

en niet gezellig

de cirkel

storend

ze wonen tegenover je

het café

slapen zolang als je wilt

de boerenkool

de worst

verloren

de zaak

zand langs 

de zee

weg met winkels langs de zee

groene kool voor stamppot

rol met 

gekruid vlees

<-> winnen

vervelend, frustrerend

waar je eten heen gaat

speciaal

niet leuk 

en niet gezellig

de cirkel

storend

ze wonen tegenover je

het café

slapen zolang als je wilt

balen

de maag

bijzonder

de zaak

zand langs 

de zee

weg met winkels langs de zee

groene kool voor stamppot

rol met 

gekruid vlees

<-> winnen

vervelend, frustrerend

waar je eten heen gaat

speciaal

niet leuk 

en niet gezellig

de cirkel

storend

ze wonen tegenover je

het café

slapen zolang als je wilt

saai

de kring

irritant

de zaak

zand langs 

de zee

weg met winkels langs de zee

groene kool voor stamppot

rol met 

gekruid vlees

<-> winnen

vervelend, frustrerend

waar je eten heen gaat

speciaal

niet leuk 

en niet gezellig

de cirkel

storend

ze wonen tegenover je

het café

slapen zolang als je wilt

overburen

de kroeg

uitslapen

de zaak

zand langs 

de zee

weg met winkels langs de zee

groene kool voor stamppot

rol met 

gekruid vlees

<-> winnen

vervelend, frustrerend

waar je eten heen gaat

speciaal

niet leuk 

en niet gezellig

de cirkel

storend

ze wonen tegenover je

het café

slapen zolang als je wilt

spelen

ge + speel + d

werken

ge + werk + t

werkwoorden met 

ge-, be-, her-, ver- of ont- 

geen extra 'ge'

onregelmatige werkwoorden 

uit je hoofd leren

regelmatige werkwoorden -> ge + stam + t/d

gebeuren 

betreden herinneren

verwennen onthouden

blz. 304

Perfectum

of

ex soft ketchup 

verandering

/

beweging

werkwoorden die een object nodig hebben

reflexieve werkwoorden

gaan

of

zijn, blijven, gebeuren, worden, stoppen, beginnen, komen, kwijtraken, naderen, tegenkomen

tweede werkwoord 

herinneren, vergissen, generen

/

eten, koken, spelen

staan

hebben

zijn

hebben of zijn

Hoe was je weekend?

Perfectum - de voltooide tijd

Hoe was je weekend

1B

stam +te(n)

stam + de(n)

fietsen

fiets

s

+te(n)

fietste(n)

onregelmatige werkwoorden 

uit je hoofd leren

regelmatige werkwoorden

blz. 281 en 285

Imperfectum

of

ex soft ketchup 

mankeren

manker

r

+de(n)

mankeerde(n)

vrezen

vrez

z

+de(n)

vreesde(n)

leven

lev

v

+de(n)

leefde(n)

+ klinker

+ klinker

+ klinker

v->f

z->s

perfectum => afgesloten

Ik ben bij de fietsenmaker geweest.

Hij zei dat hij de fiets weer zou opknappen. Het was een aardige man. Hij had veel verstand van fietsen.

completed present time

---

unfinished past time 

perfectum of imperfectum

imperfectum => beschrijvingen

Vorige week heb ik 'The Cirkel' gelezen. Het is een mooi boek. Ik herkende veel van de Google-strategie, die werd in het boek overdreven. 

Wat is er gebeurd?

Wat heb je gehoord of gezien?

Heb je iets bijzonders meegemaakt?

Vertel een anekdote.

Wat gebeurde er?

Wanneer gebeurde het?

Wie was / waren erbij?

Was het grappig / triest, mooi / vervelend?

een diploma

1. lijden
2. volgen
3. voeren
4. halen

pijn

1. lijden
2. volgen
3. voeren
4. leiden

oorlog

1. doen
2. volgen
3. voeren
4. zetten

het nieuws

1. doen
2. volgen
3. plegen
4. zetten

examen

1. doen
2. sluiten
3. plegen
4. zetten

de wekker

1. bewaren
2. sluiten
3. plegen
4. zetten

een moord

1. bewaren
2. sluiten
3. plegen
4. maken

een vergissing

1. bewaren
2. sluiten
3. begaan
4. maken

een vergissing

1. bewaren
2. sluiten
3. plaatsen
4. maken

vrede

1. bewaren
2. sluiten
3. plaatsen
4. voeren

een geheim

1. bewaren
2. volgen
3. plaatsen
4. voeren

Invloed hebben

nadenken

schrikken

vluchten

zorgen

zich concentreren

slagen

een hekel hebben

discussiëren

spijt hebben

op

over

van

voor

voor

op

voor

aan

over

van

Maak de goede combinaties

eerst

toen

daarna

ten slotte