Thema 4 les herhalingsles bs 1 tm 4

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Opdracht: Verschuif alle woorden in de blauwe vakken naar het juiste rode vak.
Penis
Borsten
Baard in de keel
Grote schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Toename spiermassa
Baardgroei
1 / 21
next
Slide 1: Drag question
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Primaire geslachtskenmerken
Secundaire geslachtskenmerken
Opdracht: Verschuif alle woorden in de blauwe vakken naar het juiste rode vak.
Penis
Borsten
Baard in de keel
Grote schaamlippen
Vagina
Bredere heupen
Balzak
Toename spiermassa
Baardgroei

Slide 1 - Drag question

Sleep het juiste nummer, naar het juiste onderdeel
Teelballen
Zaadleider
Bijbal
Prostaat
Zwellichaam
11
15
9
5
8

Slide 2 - Drag question

Met welk nummer wordt de blaas aangegeven?
A
U
B
T
C
S
D
P

Slide 3 - Quiz

Met welk nummer worden de zaadblaasjes aangegeven?
A
P
B
Q
C
T
D
R

Slide 4 - Quiz

Onder invloed van hormonen worden bij een jongen of man in de teelballen zaadcellen gevormd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

De temperatuur in de balzak is iets lager dan die in de buikholte. Dat is gunstig voor de ontwikkeling van de zaadcellen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

In de afbeelding is het voortplantingsstelsel van een gesteriliseerde man schematisch getekend. Is deze man nog instaat nog een orgasme te krijgen?
A
Nee, deze man kan geen orgasme krijgen.
B
Ja, maar bij een orgasme vindt geen lozing van zaadvocht plaats.
C
Ja, maar bij een orgasme bevat het zaadvocht geen zaadcellen.

Slide 7 - Quiz

In de afbeelding worden onder andere enkele delen van het voortplantingsstelsel van de man weergegeven.

Productie van zaadcellen is letter:
A
Q
B
R
C
S
D
T

Slide 8 - Quiz

Drie delen van het voortplantingsstelsel van de man zijn: de urinebuis, een zaadleider en een zwellichaam.

Welk van deze delen kan zowel urine als sperma vervoeren?
A
de urinebuis
B
de zaadleider
C
het zwellichaam

Slide 9 - Quiz


Door welke organen van het mannelijk voortplantingsstelsel wordt zaadvocht gevormd?

A
door orgaan 1 en 4
B
door orgaan 1 en 8
C
door orgaan 3 en 4
D
door orgaan 6 en 8

Slide 10 - Quiz

Sleep het juiste nummer, naar het juiste onderdeel
Eierstok
Blaas
Eileider
Baarmoeder
Anus
Schaamlippen
4
15
7
5
9
6

Slide 11 - Drag question

In de eierstokken rijpen de eicellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Na de menstruatie wordt het baarmoederslijmvlies weer dikker
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Hoeveel dagen duurt gemiddeld een menstruatiecyclus ?
A
10
B
14
C
28
D
35

Slide 14 - Quiz

De clitoris bestaat uit zwellichamen. Als een vrouw seksueel opgewonden raakt, vullen de zwellichamen zich met bloed. Ze worden daardoor groter en steviger
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Een ander woord voor ovulatie is menstruatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

In dit deel van het voortplantingsstelsel van de vrouw liggen eicellen
A
Eileider
B
Eierstokken
C
Baarmoeder
D
Vagina

Slide 17 - Quiz

In de afbeelding is het voortplantingsstelsel van een vrouw schematisch getekend. Enkele delen zijn genummerd.

In welk van de genummerde delen wordt de eicel vervoerd naar de baarmoeder?
A
Deel 1
B
Deel 2
C
Deel 3
D
Deel 4

Slide 18 - Quiz

Welk deel van het voortplantingsstelsel van een vrouw is het meest gevoelig voor seksuele prikkels?
A
clitoris
B
vagina
C
kleine schaamlippen
D
grote schaamlippen

Slide 19 - Quiz

In welk deel van het voortplantingsstelsel van een vrouw vindt de bevruchting van een eicel plaats?
A
Vagina
B
Baarmoeder
C
Eierstok
D
Eileider

Slide 20 - Quiz


In welk deel van het voortplantingsstelsel van een vrouw bevindt zich het maagdenvlies?
A
In de baarmoeder
B
In de grote schaamlippen
C
In de vagina
D
In de eierstok

Slide 21 - Quiz