Woordenschat H1: Vergelijking
In een vergelijking staan twee dingen naast elkaar die op elkaar lijken:
het object (o) en het beeld (b):
Joris en Erick (de objecten) lijken op elkaar als twee druppels water (beeld)
Het object is iets uit de werkelijkheid: iets dat dus echt is.
Het beeld is iets waar het object op lijkt