HV4 U4 vocabulario

Introducción unidad 4

- Je kent minimaal 10 kledingstukken in het Spaans.
- Je kunt een gesprek voeren over kleding en shoppen.
- Je kunt je mening geven over kleding / mode.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Introducción unidad 4

- Je kent minimaal 10 kledingstukken in het Spaans.
- Je kunt een gesprek voeren over kleding en shoppen.
- Je kunt je mening geven over kleding / mode.

Slide 1 - Slide

De compras

1) Ir de compras - la ropa / la moda
2) hacer las compras - la comida / el supermercado

Slide 2 - Slide

La moda / la ropa

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Video

¿Qué es un chándal? In NL beantwoorden:

Slide 5 - Open question

¿Qué es un cinturón? In NL beantwoorden:

Slide 6 - Open question

Una gorra = een pet
Un gorro = ?

Slide 7 - Open question

¿Cuál es la diferencia entre unos zapatos y unas botas?

Slide 8 - Open question

Un bolso = handtas
Una bolsa = ?

Slide 9 - Open question

Wat betekent:
¿Qué talla llevas?

Slide 10 - Open question

Wat betekent:
¿Qué número calzas?

Slide 11 - Open question

Wat betekent:
En rebajas todo es más barato.

Slide 12 - Open question

Wat betekent:
¿Dónde están los probadores?

Slide 13 - Open question

Wat betekent:
¿Qué te vas a poner para la fiesta?

Slide 14 - Open question

¿Cuál es la diferencia entre: llevar y ponerse?

Slide 15 - Open question

Beschrijf jezelf. Welke kleding draag je?
Llevo ...

Slide 16 - Open question

¡A trabajar!
1. Compañeros 3 - tekstboek - H4 de compras - 4.1 vocabulario
2. Leren woorden unidad 4
3. Leren stencil perfecto / indefinido / imperfecto + signaalwoorden (its learning - bronnen - grammatica)
4. Leren subjuntivo (alleen de vervoegingen, nog niet het gebruik!)

Slide 17 - Slide