Tijdvak 3 Monniken en ridders

1 / 43
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waarom laten wij de middeleeuwen beginnen rond 500 n. chr?

Slide 2 - Open question

Het west Romeinse rijk stortte in met de val van Rome in 476. Waardoor kon dit gebeuren?

Slide 3 - Open question

Kenmerkende aspecten 
- Het ontstaan en de verspreiding van de Islam 
- De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarische-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur
- Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
- De verspreiding van het christendom in geheel Europa 

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen: 
1) Hoe de Islam is ontstaan  en verspreid   
2) Hoe Europa terugviel van een agrarische-urbane cultuur naar een zelfvoorzienende agrarische cultuur
3) Hoe de feodale verhoudingen ontstonden in het bestuur
4) Hoe het Christendom zich verspreidde over Europa 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Het woord 'Islam' betekent...

Slide 7 - Open question

De profeet Mohammed
  • Boodschappen van God (Allah)
  • Er is maar één God -> Monotheïsme
  • Nieuwe godsdienst -> Islam
  • boodschappen van Mohammed worden opgeschreven in de Koran

Slide 8 - Slide

Opkomst Islam
In 622 gaat Mohammed van Mekka naar Medina (Hadj)  
-->  begin Islamitische jaartelling  
Hierna volgt de verovering van Mekka 
en het Arabisch schiereiland 

Slide 9 - Slide

Veroveringen:
  • na de dood van Mohammed breiden zijn opvolgers (kaliefen) het islamitische rijk (kalifaat) verder uit.
  • veroveringsoorlog wordt jihad (heilige strijd) genoemd.

Slide 10 - Slide

In de Koran staan verhalen die ook in het Oude en Nieuwe Testament voorkomen
A
Klopt
B
Klopt niet

Slide 11 - Quiz

Stel, je onderzoekt de verspreiding van de islam in de zevende en achtste eeuw en je vindt de volgende gegevens:
1 Het Oost-Romeinse Rijk en het Perzische Rijk waren in de zevende eeuw door pestepidemieën verzwakt en stonden op instorten. 2 Het Midden-Oosten was in de zevende eeuw een kruispunt van handelswegen uit de hele wereld.
2p 4 Beredeneer voor beide gegevens waardoor deze hebben bijgedragen aan de verspreiding van de islam.

Slide 12 - Open question

Zijn er vragen over dit eerste kenmerkend aspect?

Slide 13 - Open question

2. Hofstelsel en horigheid

Slide 14 - Slide

1. Boeren verloren een deel van hun vrijheid.
4. Boeren zochten zekerheid en bescherming bij machtige heren.
3. Er ontstond onzekerheid en onveiligheid
2. In West-Europa ontstond een landbouwsamenleving in plaats van een landbouwstedelijke samenleving.
1. Volksverhuizingen vonden plaats.

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Na de val van het West-Romeinse Rijk was er in West-Europa steeds minder geld in omloop. Dit maakte aanpassingen nodig in de voedselvoorziening en in het bestuur.
4p 6 Leg uit dat het gebrek aan geld werd opgevangen door: (2009 I havo)
− het hofstelsel en
− het feodalisme.

Slide 20 - Open question

Waarom noemen wij het hofstelsel een economisch stelsel?

Slide 21 - Open question

Je kunt uitleggen waardoor feodalisme ontstaat en wat het is? 

Slide 22 - Slide

Clovis (466-511)

  • erfde in 481 op 15 jarige leeftijd het koninkrijk van de Salische Franken (Zuid Belgie en Noord Frankrijk)
  • verdreef de (laatste) Romeinen 
  • versloeg Germaanse stammen
  • overname Rom bestuur structuur:
  • vazallen (eed van trouw, ridder)>
  • kreeg een gebied 'in leen'.

Slide 23 - Slide

Salische wet
  • Erfopvolging --> zwaardleen
  • Clovis liet het gewoonterecht van zijn volk opschrijven
  • Dit werd de Salische wet genoemd
  • zonen erfden allen van de vader
  • hierdoor ontstond een versnippering van het rijk

Slide 24 - Slide

doop Clovis (Reims) 1e Christelijke koning
tombe van Clovis (Saint-Denis)

Slide 25 - Slide

ontstaan feodaliteit
  • Karel Martel (690-741):
  • ridders werden vazallen (eed van trouw) in ruil voor levensonderhoud op kasteel  

Slide 26 - Slide

Slag bij Poitiers
732



  • Franken en Arabieren vielen regelmatig elkaars gebied binnen.
  • In 732 vochten hun legers bij de Franse plaats Poitiers. 
  • Karel Martel, de grootvader van Karel de Grote, leidde de Franken en versloeg de Arabieren bij Poitiers.

Slide 27 - Slide

Het rijk van Karel de Grote

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Gebruik bron 2. (2013 I havo)
2p 5 Geef aan welk voordeel elk van beide partijen van een dergelijke eed heeft.

Slide 30 - Open question

bron
De Franse bisschop Hincmar van Laon (?-879) legt als leenman een eed af aan koning Karel de Kale (823-877): 
Ik Hincmar, bisschop van Laon, zal vanaf nu trouw zijn aan mijn heer Karel. 
Als een vazal ben ik gebonden aan mijn heer en een bisschop voor mijn 
koning. Als vazal zal ik gehoorzamen zoals een vazal dit hoort te doen. Als 
een bisschop van Christus zal ik de wil van God gehoorzamen en zorgen voor het geestelijk heil van de koning, zo veel als in mijn vermogen ligt. 

Slide 31 - Slide

Karel de Grote (768 - 814)
leenheer
  • door enorme uitbreiding rijk (>Gallie)
  • koppeling leenstelsel - bestuur:
  • graven en hertogen leenmannen
  • Nadelen:
  • ontwikkeling naar erfelijkheid van de leen > loyaliteitskwestie
  • versnippering 
  • leenmannen soms meerdere leenheren





Slide 32 - Slide

Het feodalisme/ leenstelsel

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Het rijk valt uitelkaar...
  • Het rijk werd na de dood van Karel de Grote en zijn zoon Lodewijk de Vrome steeds meer verdeeld en verdeeld en verdeeld... Lodewijk wordt later opgevolgd door Karel de Kale......
  • De edelen die deze gebieden bestuurden, 'vergaten soms maar even' dat zij dit gebied offcieel nog steeds in leen hadden van hun leenheer!

  • Of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen...

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Geef een voorbeeld van samensmelting van het christelijke en heidense gebruiken

Slide 38 - Open question

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Alle kenmerkende aspecten van TV3 zijn nu besproken. Zijn er nog vragen?

Slide 43 - Open question