Ik kan beschrijven hoe de sterren (vanaf de aarde) langs de hemel lijken te bewegen.
Ik kan uitleggen hoe een sterrenkundige planeten kan onderscheiden van sterren.
Ik kan de namen van de planeten noemen, in volgorde van hun afstand tot de zon.
Sterren aan de hemel staan op een vaste plaats ten opzichte van elkaar. Maar soms zie je een ‘ster’ die zich iedere nacht een beetje verplaatst ten opzichte van de andere sterren. Zo’n ‘dwaalster’ is in werkelijkheid geen ster, maar een planeet. Deze hemellichamen horen bij ons zonnestelsel.