Immuniteit

Immuniteit
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Immuniteit

Slide 1 - Slide

Doelen
  • Je kunt uitleggen wat immuniteit inhoudt en wanneer dit ontstaat.
  • Je kunt het verschil tussen natuurlijke en kunstmatige immuniteit en tussen actieve en passieve immunisatie beschrijven.
  • Je kunt uitleggen hoe vaccinaties en groepsimmuniteit werken.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Immuniteit
Incubatietijd
De tijd tussen binnendringen van ziekteverwekker   --> ziekteverschijnselen
Primaire reactie
De vorming van antistoffen na het eerste contact   +  de vorming van B-geheugencellen
Secundaire reactie
Geheugencellen vormen snel antistoffen, na opnieuw contact met dít antigeen  -->   niet ziek --> dus je bent immuun.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Auto-immuunziekten
  • lymfocyten rijpen in thymus en beenmerg
  • ze leren alle lichaamseiwitten te herkennen
  • soms gaat dat fout => auto-immuunziekte
  • bijv. MS, reuma
MULTIPLE SCLEROSE
REUMA

Slide 6 - Slide

Leg uit hoe een vaccin werkt en gebruik hiervoor de woorden antigenen en antistoffen.

Slide 7 - Open question

allergie
Bij een allergie reageert het lichaam extreem gevoelig op antigenen van stoffen waar de meeste mensen normaal op reageren. 
Deze stoffen veroorzaken een afweerreactie. 

Slide 8 - Slide

Wat is of zijn de reden(en) dat je zo vaak verkouden wordt?
A
je kan geen antistoffen maken tegen het verkoudheidsvirus
B
het verkoudheidsvirus verandert snel
C
er zijn heel veel verschillende verkoudheidvirussen
D
je kunt niet immuun worden voor het verkoudheidsvirus

Slide 9 - Quiz

Waarom moeten mensen elk jaar opnieuw gevaccineerd worden tegen de griep?
A
Het vaccin is na een jaar uitgewerkt.
B
Alle antistoffen zijn na een jaar afgebroken.
C
De geheugencellen raken uitgewerkt.
D
Het griepvirus verandert steeds van vorm.

Slide 10 - Quiz

Is het inspuiten van antistoffen uit paardenbloed voorbeeld van actieve, passieve, natuurlijke of kunstmatige immunisatie?

A
Passief en Kunstmatig
B
Passief en Natuurlijk
C
Actief en Kunstmatig
D
Actief en Natuurlijk

Slide 11 - Quiz

Huiswerk
Thema 7 
Paragraaf 3

Slide 12 - Slide