504

Natuurkunde
Op tafel
1 / 40
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with text slides.

Items in this lesson

Natuurkunde
Op tafel

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Afmaken 5.2:
    Elektriciteit en veiligheid
    Nakijken van het huiswerk

Start 5.3:
     Spanningsbronnen
     Opdrachten maken
     Capaciteit
     Opdrachten maken

Slide 2 - Slide

Maak 5.2 af
vanaf blz 22
timer
1:00
Behalve 37 t/m 42 en 53

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Spanningsbronnen

Slide 13 - Slide

Spanningsbron
Elk apparaat werkt op zijn eigen spanning.

Is de spanning te hoog, dan kan het apparaat kapot gaan.

Is de spanning te laag, dan werkt het apparaat niet.

Slide 14 - Slide

Meer batterijen
Als je meerdere batterijen achter elkaar plaatst dan leveren ze een hogere spanning.
Één AA-batterij = 1,5V
Twee AA-batterijen = 3,0V
Drie AA-batterijen = 4,5V

Slide 15 - Slide

Let op!
Je mag de spanningen alleen optellen als de pluspool van de ene batterij steeds met de minpool van de volgende batterij is verbonden.



Dit noemen we een serieschakeling

Slide 16 - Slide

Let op!
Als de minpolen en de pluspolen 
met elkaar verbonden zijn dan 
gaat de spanning niet omhoog.

Dit noemen we een
parallelschakeling.

Slide 17 - Slide

Maak 56 t/m 61 en 65
vanaf blz 34
timer
10:00
Klaar? Lees 5.3 en maak 67 t/m 73

Slide 18 - Slide

Pauze
timer
6:00

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

65

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Capaciteit
De capaciteit geeft aan hoeveel hoeveel energie een accu of batterij in zich heeft.
Capaciteit wordt uitgedrukt in ampère-uur (Ah)

1000 mAh = 1 Ah

Slide 25 - Slide

Rekenen met capaciteit
capaciteit=stroomsterktetijd

Slide 26 - Slide

Rekenen met capaciteit
capaciteit=stroomsterktetijd
stroomsterkte=tijdcapaciteit

Slide 27 - Slide

Rekenen met capaciteit
capaciteit=stroomsterktetijd
stroomsterkte=tijdcapaciteit
tijd=stroomsterktecapaciteit

Slide 28 - Slide

Rekenen met capaciteit
C=It
I=tC
t=IC

Slide 29 - Slide

Rekenen met capaciteit
C=It
I=tC
t=IC
C is de capaciteit in ampère-uur (Ah) 

I is de stroomsterkte in ampère (A)

t is de tijd in uur (h)

Slide 30 - Slide

Voorbeeld 1
Gegeven

Gevraagd

Formule

Berekenen

Antwoord
Zeneb gebruikt een powerbank om haar telefoon op te laden. 

Ze kan haar telefoon 5 uur lang opladen, daarna is de powerbank leeg.

Ze heeft online gevonden dat haar telefoon 2,2 ampere gebruikt tijdens het opladen.

Bereken de capaciteit van haar powerbank.

Slide 31 - Slide

Voorbeeld 2
Gegeven

Gevraagd

Formule

Berekenen

Antwoord
Een auto accu heeft een capaciteit van 70Ah.

Mark vergeet zijn autoverlichting uit te zetten. 12 uur later is de accu leeg. 

Bereken de stroomsterkte door de autoverlichting.

Slide 32 - Slide

Maak 67 t/m 73
vanaf blz 36
timer
10:00
Klaar? Lees 5.4 en maak 76 t/m 83

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Lees 5.4
Maak 76 t/m 83
vanaf blz 40
timer
10:00

Slide 39 - Slide

Pauze
timer
6:00

Slide 40 - Slide