This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Oefenvragen over Krachten & Werktuigen
Slide 1 - Slide
Je moet een kracht tekenen van 84 N. Welke krachtenschaal is het handigst om te gebruiken?
A
1 cm = 0,2 N
B
1 cm = 2,0 N
C
1 cm = 20 N
D
1 cm = 200 N
Slide 2 - Quiz
De volgende 4 vragen gaan over:
Op een tafel staat een bureaulamp. De bureaulamp heeft een massa van 1540 gram.
Slide 3 - Slide
Welke twee krachten werken er op de bureaulamp?
Slide 4 - Open question
Hoe groot is de zwaartekracht op de lamp? Noteer ook je berekening
Slide 5 - Open question
Hoe groot is de normaalkracht op de lamp? Fz = 15,4 N
A
0 N
B
15,4 N
C
30,8 N
D
- 15,4 N
Slide 6 - Quiz
Leg uit / bereken hoe groot de resultante-kracht is op de lamp.
Slide 7 - Open question
Je moet de zwaartekracht tekenen van 84 N.
Welke richting heeft deze kracht en hoe lang wordt de pijl met de krachtenschaal: 1 cm = 10 N
A
Naar boven gericht
10 cm
B
Naar beneden gericht
10 cm
C
Naar beneden gericht
8,4 cm
D
Naar boven gericht
8,4 cm
Slide 8 - Quiz
Op een voorwerp werken twee krachten. F1 = 30 N en F2=40N Hoe groot is de resultante van deze krachten wanneer ze in; a. dezelfde richting werken b. tegengestelde richting werken
A
a. 30x40=1200N
b. 30+40=70N
B
a. 30+40=70N
b. 40+30=70N
C
a. 30+40=70N
b. 30:40=0,75N
D
a. 30+40=70N
b. 40-30=10N
Slide 9 - Quiz
Er wordt een kist opgehesen met een takel.
Hoe groot is de benodigde trekkracht op het touw?
A
150 N
B
500 N
C
750 N
D
1500 N
Slide 10 - Quiz
De kist moet 6 meter omhoog gehesen worden.
Hoeveel meter touw moet je daarvoor inhalen?
A
1 m
B
9 m
C
18 m
D
36 m
Slide 11 - Quiz
Een baksteen van 3 kg staat op de zijde van 10 bij 8 cm op de grond.
Bereken hoe groot de druk is.
A
0,013 N/cm2
B
0,038 N/cm2
C
0,13 N/cm2
D
0,38 N/cm2
Slide 12 - Quiz
Leg uit met het begrip moment waarom de ezel niet op de grond staat
Slide 13 - Open question
Lisette (26 kg) en haar moeder Anneke (60 kg) zitten op een wip . Hoe groot is de arm van het gewicht van Lisette
Slide 14 - Open question
Lisette (26 kg) en haar moeder Anneke (60 kg) zitten op een wip . Hoe groot is het moment ten opzichte van de draai-as van Lisette?
Slide 15 - Open question
De wip is niet in evenwicht. Wat moet moeder Anneke doen om de wip in evenwicht te brengen? Het moment was 390 Nm