NaSk Overal Havo 2 - 4.1 Snelheid

1 / 27
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat is het snelste dat je ooit bent gegaan?
20 km/u (Fiets)
130 km/u (Auto, trein)
200 km/u (Auto Duitse snelweg)
300 km/u (Hoge snelheidstrein)
900 km/u(Vliegtuig)
> 1000km/u

Slide 3 - Poll

Vragen die zo gesteld gaan worden:

Slide 4 - Slide

Met welke snelheid draait de aarde om de zon?
A
828 000 km/u
B
2 160 000 km/u
C
107 000 km/u
D
828 km/u

Slide 5 - Quiz

Hoeveel tijd doet de aarde over 1 rondje om de zon?
A
8766 uur
B
9 maanden
C
0,5 jaar
D
0,1 eeuw

Slide 6 - Quiz

Welke afstand legt de aarde af in 1 ronde?
A
(107000 * 8766) km
B
(107000 : 8766) km
C
(8766 : 107000) km

Slide 7 - Quiz

107 000 km/u
1 jaar (8766u)
~940 miljoen km
km
107 000
8766*107000
937962000
uur
1
8766*1
8766

Slide 8 - Slide

Eenheden
Afstand
meter
kilometer
mile
Tijd
seconde
uur
uur
Snelheid
m/s
km/h
mph

Slide 9 - Slide

Hoe reken je km/u om naar m/s
A
aantal km/u * 1000
B
aantal km/u : 1000
C
aantal km/u *3,6
D
aantal km/u : 3,6

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Je rijdt 120km/u. Wat is je snelheid in m/s?
A
0,120 m/s
B
120 m/s
C
432 m/s
D
33 m/s

Slide 12 - Quiz

Op de fiets leg je elke seconde 5 meter af. Hoeveel afstand heb je afgelegd na een uur?
A
5 * 3,6 =18 km
B
5 : 3,6 = 1,4 km
C
5 * 60 * 60 = 18000 km
D
5 * 60 * 60 = 18000 m

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Is de snelheid in dit
diagram constant?
A
Ja, elke seconde komt er evenveel afstand bij
B
Nee, de snelheid neemt toe

Slide 15 - Quiz

Is de snelheid in dit
diagram constant?
A
Nee, hij staat stil
B
Ja, hij staat stil

Slide 16 - Quiz

Is de snelheid in dit
diagram constant?
A
Ja, de afstand blijft toenemen
B
Nee, hij gaat steeds sneller
C
Nee, hij gaat steeds langzamer

Slide 17 - Quiz

Zie je in deze grafiek een
recht-evenredig verband?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Zie je in deze grafiek een
recht-evenredig verband?
A
Ja, de lijn is recht
B
Nee, hij staat stil
C
Ja, zijn snelheid verandert niet
D
Nee, hij gaat niet door de oorsprong

Slide 19 - Quiz

Zie je in deze grafiek een
recht-evenredig verband?
A
Ja, hij gaat vanuit de oorsprong omhoog
B
Nee, de lijn is krom
C
Ja, de lijn is vloeiend
D
Nee, de afstand wordt minder

Slide 20 - Quiz

In welke grafiek is de beweging eenparig?
A
1 en 2, want de snelheid is constant
B
2 en 3, want daar is beweging
C
2, want die is recht-evenredig

Slide 21 - Quiz

Vraag de zo gesteld gaat worden:
Denk aan:
- astitels
- asverdeling
- meetpunten
- lijn

Slide 22 - Slide

Welke fout stond er op de astitel?
A
Astitels vergeten
B
geen x- en y-as aangegeven
C
Eenheid vergeten op e astitel
D
Grootheid vergeten op de astitel

Slide 23 - Quiz

Welke fout was er gemaakt bij de asverdeling?
A
Niet alle stappen waren even groot
B
De grafiek begon niet bij 0
C
de y-as had een andere asverdeling dan de x-as
D
Tijd stond op de y-as i.p.v. x-as

Slide 24 - Quiz

Welke fout is er gemaakt met de meetpunten/lijn
A
Meetpunten kloppen niet met de gegevens
B
De meetpunten zijn niet zichtbaar
C
De lijn is niet recht
D
De lijn is niet vloeiend

Slide 25 - Quiz

Astitel
Afstand in meter
Asverdeling
x-as begint niet op 0
Lijn
Beide lijnen zijn niet vloeiend
Meetpunten
Meetpunten zijn niet zichtbaar (bolletje of kruisje)

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide