4.1: Liberalisme en sociaal-democratie

4.1: liberalisme en sociaal-democratie
1 / 22
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4.1: liberalisme en sociaal-democratie

Slide 1 - Slide

vandaag:
- wat weet je nog?
- 4.1 bespreken
- maken opdrachten/kahoot
- bespreken opdrachten

Slide 2 - Slide

Links-midden-rechts
Hoe zat het ook al weer?

Slide 3 - Slide

Progressief
(voor verandering, persoonlijke vrijheid)
Conservatief
(voor traditie, houden hoe het is/was)

Slide 4 - Slide

Welke uitspraak is progressief
A
Softdrugs mogen niet meer worden verkocht
B
XTC moet legaal worden

Slide 5 - Quiz

"Terug naar de gulden!"
Is dit een progressief of een conservatief standpunt?
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 6 - Quiz

"Abortus moet verboden worden"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 7 - Quiz

"Terug naar de gulden!"
Is dit een progressief of een conservatief standpunt?
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 8 - Quiz

"Belasting op vlees moet omhoog, zodat minder mensen vlees eten"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 9 - Quiz

"Terug naar de gulden!"
Is dit een progressief of een conservatief standpunt?
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 10 - Quiz

"Je moet de zwakkeren beschermen."
Is dit een idee van linkse of rechtse politieke partijen?
A
Links
B
Rechts

Slide 11 - Quiz

een linkse partij is
A
VVD
B
PVV
C
CDA
D
SP

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

4.1: liberalisme en sociaal-democratie

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Liberale stroming:
Individuele vrijheid, individuele rechten en eigen verantwoordelijkheid
Vrijheid op economische gebied. Particulier initiatief; de vrijheid om te ondernemen, ruimte voor de vrije markt, en dus beperkte overheidsinvloed
 Nadruk op de kerntaken van de overheid: bescherming van de rechtsstaat,
handhaving van openbare orde en defensie. (passieve overheid)

Slide 16 - Slide

Sociaaldemocratische stroming:
 Streven naar meer sociaaleconomische gelijkheid; verkleinen van verschillen in inkomen, welvaart, en macht
 Relatief grote rol van de overheid om nadelen van de vrijemarkteconomie te verminderen, om ongelijkheid te verkleinen en om gemeenschaps-goederen zoals onderwijs, sociale voorzieningen e.d. te scheppen
Internationale solidariteit
Opkomen voor de zwakkeren in de samenleving

Slide 17 - Slide

Christendemocratische stroming:
Bijbelse waarden als naastenliefde en gemeenschapszin, christelijke geloof als inspiratiebron
 Harmonie en samenwerking tussen diverse groepen binnen de samenleving
Faciliterende rol van de overheid in die samenwerking: de overheid verricht vooral taken die niet door andere groepen in de samenleving kunnen worden vervuld
Rentmeesterschap
Gespreide verantwoordelijkheid

Slide 18 - Slide

Maken
Opdracht 1/2/3/4 (blz 45)
opdracht 5/8/9 (eerste gedeelte)/14


Laptopopdracht partijen.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video