Havo 2: regelmatige werkwoorden + d/t + ss/s/z/ß.
1 / 21
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord.
ik
jij
hij
zij
wij
jullie
het
u
zij
ich
ihr
er
es
wir
du
sie
Sie
sie
Slide 2 - Drag question
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
sie/ Sie
Regelmatige werkwoorden
stam + t
stam + t
stam + en
stam + en
stam + st
stam + e
Slide 3 - Drag question
Ich (schreiben) …… einen Brief
Slide 4 - Open question
Mein Bruder (spielen) …….. mit dem Ball
Slide 5 - Open question
Frau Schreiber (gehen) ……. im Klassenzimmer
Slide 6 - Open question
Groep 1:
regelmatige werkwoorden
Groep 2:
regelmatige werkwoorden met stam op s, z of ß
Groep 3:
regelmatige werkwoorden met stam op d of t
kommen
d'tje t'tje extra e'tje
regnen
let op du-vorm!
heißen
finden
kaufen
Let op: du - er/sie/es en ihr
Slide 7 - Drag question
Regelmatige werkwoorden
(FE)
E
ST
T
EN
T
EN
ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie
Sie
Bij welke persoonlijke voornaamwoorden komt er een -e voor de uitgang bij het vervoegen van werkwoorden met een stam op -d/-t?
e
e
e
Slide 8 - Drag question
Slide 9 - Slide
mieten
ihr
ihr
A
miete
B
mietest
C
mietet
D
mieten
Slide 10 - Quiz
kaufen
du
du
A
kaufet
B
kauft
C
kaufest
D
kaufst
Slide 11 - Quiz
sitzen
du ...
du ...
A
sitzest
B
sitzt
C
sitzst
D
sitzen
Slide 12 - Quiz
reden
ich ...
ich ...
A
rede
B
redest
C
redet
D
reden
Slide 13 - Quiz
gehen
sie
sie
A
gehe
B
geht
C
gehen
D
gehst
Slide 14 - Quiz
ich (gehen) ............ nach Hause.
Slide 15 - Open question
Er (kaufen) ........... einen Skihelm
Slide 16 - Open question
Warum (warten) ............. du nicht?
Slide 17 - Open question
Sleep het persoonlijk vnw. naar het de vervoegingen.
Vervoegingen
Persoonlijk vnw.
kaufen
spielst
hört
wohne
lieben
kommt
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
Slide 18 - Drag question
Sleep het persoonlijk vnw. naar het de vervoegingen.
Vervoegingen
Persoonlijk vnw.
redet
antworten
findest
badet
arbeite
reiten
ich
du
Jan
wir
ihr
Jan und Jantje
Slide 19 - Drag question
Sleep het persoonlijk vnw. naar het de vervoegingen.
Vervoegingen
Persoonlijk vnw.
öffne
regnet
rechnen
zeichnet
atmest
atmen
ich
du
Klaas
wir
ihr
die Kinder
Slide 20 - Drag question
Het zwakke werkwoord
ik ken één van de regels
ik ken alle regels
ik ken één van de regels en kan deze ook toepassen
ik ken ze allemaal en kan ze ook toepassen
ik moet echt nog veel oefenen..
