Veux-tu danser Intro #3 et #4

Dagopening : Geruststellende gedachte, ja/nee? Waarom?
1 / 17
next
Slide 1: Open question
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Dagopening : Geruststellende gedachte, ja/nee? Waarom?

Slide 1 - Open question

Veux-tu danser Intro #3 et #4 
Lesdoelen:  
- Basisbegrip van het bijvoeglijk naamwoord 
- Nieuwe woorden uit het verhaal leren

Slide 2 - Slide

Foto werkblad 1A, of schrift met antwoorden.

Slide 3 - Open question

Comment ça va ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

Qu'est-ce que tu vois? 

Slide 5 - Slide


Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Regel bijvoeglijk naamwoord  Frans
1. In de meeste gevallen komt het bijv. naamw. ACHTER het zelfstandig naamwoord. 
 Un pantalon gris.   Un ballon rouge. Une fille enthousiaste.

2. Er zijn rijmende rijtjes met uitzonderingen:  Klik  hier. 
Vaak zijn dit woorden die iets over personen beschrijven.
Le méchant loup.  La grande fille. Les belles chansons. 

Slide 9 - Slide

Et comment ça va maintenant?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Poll

Een bijvoeglijk naamwoord in het Frans, vormt zich naar het zelfstandig naamwoord. Waar/niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat is de goede variant in deze zin ?
(Grand) Les ... garçons ....
A
Les garçons grand
B
les grand garçons
C
les garçons grandes
D
les grands garçons

Slide 12 - Quiz

Hoe zeg je: "Het witte bureau?"
A
La bureau blanche
B
La blanche bureau
C
Le bureau blanc
D
Le blanc bureau

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Rest van de les (of huiswerk)
* Lezen scène 2 en 3 van VTD 
* Werkblad 1A afmaken, en 1B maken. Je vindt de antwoorden steeds in het boekje. 

Slide 16 - Slide

Qu'est-ce que tu as appris? [Wat heb je geleerd deze les? ]

Slide 17 - Open question