Grammatica hoofdstuk 4 les 1

Grammatica hoofdstuk 4
Programma: 

  • Huiswerkcontrole
  • Theorie
  • Werken aan opdrachten
Weektaak Numo
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grammatica hoofdstuk 4
Programma: 

  • Huiswerkcontrole
  • Theorie
  • Werken aan opdrachten
Weektaak Numo

Slide 1 - Slide

Huiswerkcontrole
Tijdens de controle ga je alvast opdracht 8 maken. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Hoe vind ik een lijdend voorwerp? 

Wie of wat + gezegde + onderwerp


Slide 4 - Slide

Wat doet een lijdend voorwerp?
Een lv is een persoon of voorwerp dat nodig is om de handeling uit te voeren. 

Voorbeelden:
De leraar mailt het huiswerk.
De medewerker haalt zijn collega op. 

Slide 5 - Slide

Leo
rolt
de bal.
Onderwerp
Werkwoordelijk gezegde
Lijdend voorwerp

Slide 6 - Drag question

Slide 7 - Slide

Hoe gaat het?

Slide 8 - Mind map

Is het een lijdend voorwerp?!
Dit kan je controleren door op de basiszin te letten: 

  1. Als er niets nodig is om de handeling uit te voeren. Bijvoorbeeld: Angela eet. 
  2. Je krijgt geen antwoord op wie of wat + gezegde + onderwerp. 



Slide 9 - Slide

Katy roddelt tijdens elk feestje over haar beste vriendin. 

Wie/wat + gezegde + onderwerp =
Wie/wat + roddelt + Katy? 

Slide 10 - Slide

Opdracht 11 en 12 

Wat: Maak samen met een klasgenoot de twee opdrachten. 

Hoelang
Hoe: In tweetallen
Hulp: Theorie en docent. 
Klaar? Huiswerk opdracht 14, 15 en 16, weektaak Numo of leesboek lezen. 
 




timer
1:00

Slide 11 - Slide

Terugblik

  • Zelfstandig naamwoorden
  • Bijvoeglijk naamwoorden
  • Voorzetsels
  • Lijdend voorwerp

Slide 12 - Slide

Huiswerk volgende les: 

Grammatica hoofdstuk 4
Opdracht 14, 15 en 16


Slide 13 - Slide