Taal herhaling les 5

Taal herhaling les 5
Themawoorden
Functiewoorden benoemen
Hoofdletters gebruiken
1 / 21
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 8

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Taal herhaling les 5
Themawoorden
Functiewoorden benoemen
Hoofdletters gebruiken

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Het overblijfsel
A
Het is over datum
B
Iets wat over is
C
Dat wat weg is
D
Ellendig

Slide 3 - Quiz

De impressie
A
Hoe je ergens over denkt
B
Iets wat je interesseert
C
Net als in een legende
D
De indruk

Slide 4 - Quiz

Uitvoerig
A
Uitgebreid, met veel woorden
B
Kort, met weinig woorden
C
Dat wat je uitvoert
D
Een toneelstuk

Slide 5 - Quiz

Net als in een legende

Weggaan omdat je bang bent
Kort
De indruk
Legendarisch
Afdruipen
Beknopt
De impressie

Slide 6 - Drag question

De mentaliteit
A
De eerste indruk
B
Hoe je je voelt
C
Hoe je ergens over denkt
D
De vervuiling

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Vul het goede functiewoord in
Kies uit de volgende functiewoorden: 
- voornaamwoord
- lidwoord 
- voorzetsel 
- voegwoord

Slide 9 - Slide

Vandaag waren we bij DE Grand Canyon.

Slide 10 - Open question

DAT is een grote kloof in de bergen.

Slide 11 - Open question

ONDER in de vallei stroomt een rivier.

Slide 12 - Open question

Van grote hoogte lijkt DE rivier heel klein.

Slide 13 - Open question

Het uitzicht OVER de rivier is geweldig.

Slide 14 - Open question

Ik keek MIJN ogen uit!

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Hoofdletters gebruiken
Kies het goede antwoord van welk woord met hoofdletter moet

Slide 17 - Slide

de reis begint in californië.
A
De
B
Reis
C
Begint
D
Californië

Slide 18 - Quiz

daar staat uw camper klaar bij hotel seaview
A
Seaview
B
Camper
C
Daar
D
Hotel

Slide 19 - Quiz

veel amerikanen gaan vandaag picknicken of barbecueën.
A
Veel
B
Vandaag
C
Barbecueën
D
Amerikanen

Slide 20 - Quiz

Deze dag eindigt bij het yosemite national park.
A
Deze
B
Yosemite
C
National
D
Park

Slide 21 - Quiz