Je gaat jezelf, je familie en je huis presenteren in het Frans. De zinnen haal je grotendeels uit de gegeven teksten in het document. En uit de Unités van je boek (blz 16,30,35,54,66,79,88,121 en de apprendres). Google vertalingen en ouders/verzorgers die je tekst schrijven, zijn niet toegestaan. Je ouders/verzorgers mogen wel je wat dingen uitleggen van de opdracht/teksten maar je zinnen moeten door jezelf gemaakt zijn.
Vertel de volgende dingen in het Frans :
1. Vertel wie je bent (naam, leeftijd, woonplaats, ouder(s), broer/zus, huisdier/geen huisdier, hobby, nationaliteit, geboortedatum/verjaardag, groot/klein, kleur haar, kleur ogen, je lengte)
2. Presenteer éen van je familie/vrienden uitgebreider: naam, leeftijd, woonplaats, hobby, groot/klein, kleur haar, kleur ogen)
3. Vertel waar je woont (presenteer je huis (keuken, woonkamer) en je slaapkamer uitgebreider beschrijven (minstens 10 dingen).