Gezondheid en voeding - Les 3 (Beïnvloedende factoren) BGER 1

Gezondheidskunde Les 4

Beïnvloedende factoren
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BeroepsgerichtMBOStudiejaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Gezondheidskunde Les 4

Beïnvloedende factoren

Slide 1 - Slide

Wat zijn volgens jullie
Beïnvloedende factoren
voor gezondheid

Slide 2 - Mind map

Endogene en Exogene factoren
Je gezondheid wordt beïnvloed door een aantal factoren. 

Je kunt daarbij een onderscheid maken tussen endogene en exogene factoren.

Slide 3 - Slide

Endogene factoren
Endogene factoren zijn factoren in het lichaam zelf, die van invloed zijn op de gezondheid en het ontstaan van gezondheidsproblemen. 
Denk aan een erfelijke aandoening of aangeboren ziekte of afwijking. 
Daarbij zijn sommige psychische stoornissen deels erfelijk bepaald, net als de gevoeligheid voor het ontwikkelen van een verslaving. 
Er bestaat dus een kans dat je maken krijgt met een psychische stoornis of verslaving als een van je ouders hier ook mee kampt.

Slide 4 - Slide

Exogene factoren 
Exogene factoren zijn factoren uit de omgeving die van invloed zijn op de gezondheid en het ontstaan van gezondheidsproblemen. 
Denk aan het gebruik van schadelijke middelen, giftige stoffen, bacteriën en virussen die je lijf binnendringen of slechte voeding. 
Hieronder komen verschillende exogene factoren aan bod die van invloed zijn op je gezondheid, waar je in meer of mindere mate invloed op hebt.

Slide 5 - Slide

Wat zijn endogene factoren?
A
Factoren waar je zelf invloed op hebt die van invloed zijn op de gezondheid en het ontstaan van gezondheidsproblemen.
B
Factoren die bepalen hoe een ziekte of aandoening zich in jouw lichaam zal uiten en ontwikkelen.
C
Factoren uit de omgeving die van invloed zijn op de gezondheid en het ontstaan van gezondheidsproblemen.
D
Factoren in het lichaam zelf, die van invloed zijn op de gezondheid en het ontstaan van gezondheidsproblemen.

Slide 6 - Quiz

Omgeving
De omgeving waarin je leeft, is van grote invloed op hoe gezond je bent. Je kunt je misschien wel voorstellen dat de gezondheid van een persoon die woont in een miljoenenstad met veel C02-uitstoot, minder goed zal zijn dan van iemand die op het platteland woont en frisse, schone lucht inademt. Of denk aan wonen op een verontreinigde bodem, of in een achterstandswijk met veel criminaliteit, waar je je leven niet zeker bent. Of wat dacht je van al die fastfoodrestaurants in een omgeving, waar het ook nog eens de gewoonte is om XXL-porties te kopen.


Slide 7 - Slide




Wanneer er aan de andere kant voldoende mogelijkheden en voorzieningen zijn, kan de omgeving juist een positieve uitwerking hebben op je gezondheid. Een hygiënische omgeving zorgt er bijvoorbeeld voor dat ziekteverwekkers zich minder gemakkelijk kunnen verspreiden, en een veilige omgeving dat je minder snel schade oploopt door een ongeluk. Of denk aan de aanwezigheid van schoon drinkwater, een school of voorzieningen die aanzetten tot bewegen (sportclubs) of die sociale contacten stimuleren (wijkcentra en buurthuizen).

Slide 8 - Slide

In de wereld heb je zelfs afgebakende gebieden waarvan de bevolking een specifieke leefstijl en leefomgeving heeft, die ervoor zorgen dat mensen langer en gezonder leven. Dit worden ‘blauwe zones’ genoemd. Sardinië (Italië) en Okinawa (Japan) zijn bijvoorbeeld zo'n ‘blauwe zone’.
In de wereld heb je zelfs afgebakende gebieden waarvan de bevolking een specifieke leefstijl en leefomgeving heeft, die ervoor zorgen dat mensen langer en gezonder leven. Dit worden ‘blauwe zones’ genoemd. Sardinië (Italië) en Okinawa (Japan) zijn bijvoorbeeld zo'n ‘blauwe zone’.

Slide 9 - Slide

Wat maakt een zone blauw
Er worden enkel producten gegeten uit hun eigen omgeving. Alles puur en zelf bereid, geen fabrieksbereidingen. Hun dieet bestaat vooral uit koolhydraten zoals volkorengranen, brood en aardappelen. Ze eten vooral plantaardig met weinig vlees, vis, ei en zuivel. Ook gebruiken de meesten weinig vet. Enkel in Ikaria wordt meer olijfolie gebruikt doch vooral onverhit.

2/ Er wordt niet gerookt.
3/ Elke dag bewegen ze voldoende en gematigd.
4/ Ze hebben allemaal een normaal lichaamsgewicht.
5/ Iedereen behoort tot een goed sociaal netwerk.
6/ Ze hebben een doel om te leven.
7/ Een levensmotto is: Blijf positief.
8/ Iedereen ontspant voldoende.
9/ Ze zorgen voor ritme in maaltijden en slaaptijden.
10/ Eten dient om hun lichaam optimaal te voeden.








Slide 10 - Slide

Directe Omgeving
Ook je directe omgeving, zoals je thuissituatie, is van invloed op je gezondheid. 
Het is erg belangrijk om je thuis te voelen in je eigen huis. 

Thuis moet een veilige, prettige plek zijn, waar je je terug kunt trekken en tot jezelf kunt komen. 
Het is de belangrijkste plek in ieders leven. Wanneer je je daar door omstandigheden niet thuis voelt, levert dit veel spanning op.

Slide 11 - Slide

Wat maakt dat een thuis niet als een thuis voelt?

Slide 12 - Open question

Cultuur

Je groeit ten slotte ook op binnen een bepaalde cultuur. 
Sommige waarden, gebruiken of tradities binnen een cultuur kunnen de gezondheid positief of negatief beïnvloeden. 
Denk aan een cultuur waarin bepaalde lichaamsvormen en -maten als schoonheidsideaal worden gezien. 
Rolmodellen in de (sociale) media kunnen ongezond gedrag vertonen (zoals extreem lijnen), wat jonge meiden opvolgen. 
Hierdoor kan een duwtje gegeven worden in de richting van een eetstoornis.

Slide 13 - Slide

Waar
Niet Waar
De "oorzaak" van de ziekte heeft invloed op de gezondheidsbeleving.
Mensen met een niet-westerse achtergrond beoordelen hun gezondheid doorgaans als beter dan mensen met een westerse achtergrond.
Of je pijn wel of niet uit, hangt af van de soort aandoening.

Slide 14 - Drag question

Sociaal-maatschappelijke positie
Bij een lage sociaal-maatschappelijke positie is er vaak sprake van armoede, werkeloosheid en/of sociale uitsluiting. Wanneer er dan ook nog een probleem, ziekte of aandoening bij komt, kan dat de al aanwezige problemen verergeren, waardoor de gezondheid nog meer achteruitgaat.

Slide 15 - Slide

Onder mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie komt een ongezonde leefstijl bovendien vaker voor. Dit komt onder andere doordat er minder geld beschikbaar is voor gezonde voeding en bijvoorbeeld het lidmaatschap van een sportclub. Ook kan een huisartsbezoek vermeden worden vanwege de angst om doorverwezen te worden naar een specialist of ziekenhuis en op die manier zorgkosten te maken. Ook de tandarts wordt om die reden vaak gemeden.

Slide 16 - Slide

Mensen met een lagere sociaal-maatschappelijke positie hebben meer kans om ziek te worden en eerder te overlijden. Zij krijgen ook eerder in hun leven te maken met beperkingen, chronische ziekten en geestelijke problemen.

Slide 17 - Slide

Ten slotte ontbreekt het mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie vaak aan gezondheidsvaardigheden. Dat zijn vaardigheden die je inzet om gezond te blijven. Bijvoorbeeld meer gaan bewegen en gezonder eten als je merkt dat je te veel aankomt, of gebruikmaken van de aanwezige gezondheidsvoorzieningen.

Slide 18 - Slide

Wat is een van de redenen waarom een lage sociaal-maatschappelijke positie kan bijdragen aan het ontstaan van gezondheidsproblemen?
A
Mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie hechten vaak minder waarde aan hun gezondheid.
B
Mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie herkennen beginnende klachten minder snel.
C
Mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie hebben minder geld te besteden voor gezonde voeding en sport.
D
Mensen met een lage sociaal-maatschappelijke positie zijn vaak minder geïnteresseerd in sport.

Slide 19 - Quiz

Opvoeding


Ook je opvoeding is van invloed op je gezondheid. Ouders hebben een belangrijke voorbeeldfunctie. Ze leren hun kind belangrijke lessen over gezondheid. Als je bijvoorbeeld al van jongs af aan volgens de Schijf van Vijf eet, is de kans een stuk groter dat je de rest van je leven ook gezond blijft eten. 

En als ouders roken in het bijzijn van hun kind, neemt niet alleen het risico van astma, chronische bronchitis en hersenvliesontsteking toe, ook vergroten ze hiermee de kans dat hun kinderen later zelf gaan roken.

Slide 20 - Slide

Of stel dat je bent opgevoed door ouders met een verslaving of psychische beperking, dan sta je toch anders in het leven dan wanneer je in harmonie bent opgegroeid. 

Ook is de kans op gezondheidsschade groter wanneer er sprake is van mishandeling, seksueel misbruik, verwaarlozing of huiselijk geweld. 
Een misbruikverleden kan bijvoorbeeld seksuele problemen opleveren, zoals moeite hebben met het aangaan van intieme relaties. 
Ook komen depressieve gevoelens en suïcidale gedachten vaker voor na een incestverleden. Mishandeling kan blijvende fysieke en cognitieve schade aanrichten.


Slide 21 - Slide

Leefstijl
Met leefstijl wordt de manier van leven van een persoon bedoeld. 
Een gezonde leefstijl helpt om ziekten en aandoeningen te voorkomen. Bovendien draagt deze bij aan herstel wanneer er al sprake is van een ziekte of aandoening. 
Je leefstijl heb je helemaal zelf in de hand. 
Het is namelijk de manier waarop je bijvoorbeeld met voeding, beweging, middelen en slaap omgaat.

Slide 22 - Slide

Voeding
Voeding is van grote invloed op je gezondheid. 
Te veel eten vergroot het risico van obesitas, met alle gevolgen van dien. 
Ook te weinig voedingsstoffen verhogen de kans op allerlei gezondheidsklachten. 
Het soort voeding dat je tot je neemt, is ook van grote invloed op je gezondheid. 
Te veel zout verhoogt bijvoorbeeld de bloeddruk, terwijl onverzadigde vetten, groente en fruit het risico op hart- en vaatziekten verminderen. 
Cafeïne verergert angstklachten, een tekort aan vitamine B maakt mensen prikkelbaar en wisselvallig, en geraffineerde suikers zouden de symptomen van schizofrenie en depressie verergeren. 
Een gezond, gevarieerd en uitgebalanceerd dieet past dus binnen een gezonde leefstijl en kan een aantal gezondheidsrisico’s voorkomen.


Slide 23 - Slide

Beweging

Ook voldoende beweging past in een gezonde leefstijl. Regelmatig bewegen houdt mensen fit. 
Het stimuleert namelijk de bloedsomloop en ademhaling, zorgt ervoor dat spieren en gewrichten soepeler en sterker worden, verlaagt de bloeddruk en het cholesterol- en suikergehalte. 
Hierdoor kunnen allerlei ziekten en kwalen worden voorkomen, zoals vermoeidheid, verkoudheden, hart- en vaatziekten, suikerziekte en obesitas.

Slide 24 - Slide

Middelengebruik

Roken, alcohol en drugs kunnen zeer ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken.
 Roken kan bijvoorbeeld leiden tot hart- en vaatziekten, longkanker, mond -en keelkanker, slokdarmkanker, blaaskanker, een hartinfarct en COPD (chronische bronchitis en longemfyseem).
 Te veel alcohol kan leiden tot bijvoorbeeld levercirrose, een te hoge bloeddruk, een hersenbloeding, kanker of geheugenproblemen. 
En harddrugs zoals heroïne verhogen op de langere termijn het risico op infectieziekten, verschrompelde aders, artritis, depressie, slapeloosheid, slechte tanden, verlammingen en vele andere aandoeningen, ziekten en afwijkingen.

Slide 25 - Slide

Slaap


Voldoende nachtrust is essentieel om je batterij weer op te laden. 
Alle indrukken en gedachten van de dag worden gedurende de nacht verwerkt. 
Door voldoende slaap kun je de volgende dag weer optimaal functioneren. Zorgen over bijvoorbeeld financiële problemen, schulden, een ziekte, problemen op het werk of echtscheiding kunnen de slaap verstoren.

Slide 26 - Slide

Wat zijn de vier factoren die iemands leefstijl bepalen?
A
slaap /voeding
B
stress/opleiding
C
Sociaal-maatschappelijke positie/geld
D
middelengebruik/bewegen

Slide 27 - Quiz

Copingstijl
Ook de manier waarop iemand omgaat met tegenslag, problemen en spanningen is van invloed op zijn gezondheid. 
Dit noem je de copingstijl.
 Het gaat dan vooral om het gezonde of juist ongezonde gedrag dat iemand laat zien naar aanleiding of als gevolg van extra belastingen. 
Je kunt drie verschillende copingstijlen onderscheiden:

Slide 28 - Slide

1. probleemgerichte copingstijl
Een persoon zoekt een oplossing voor het probleem, de tegenslag of spanningen die hij heeft, door veranderingen aan te brengen in de situatie.

Slide 29 - Slide

2. emotiegerichte copingstijl
Een persoon vlucht voor de negatieve gevolgen van de problemen, de tegenslagen of spanningen, bijvoorbeeld door te gaan roken, alcohol te drinken, te veel te eten of medicijnen te gebruiken.

Slide 30 - Slide

3. responsegerichte copingstijl
Een persoon probeert de gevolgen van het probleem te verminderen, bijvoorbeeld door meditatie, ontspanningsoefeningen, muziek luisteren of maken, sporten of op stap gaan om plezier te maken.

Slide 31 - Slide

Zet de juiste beschrijving bij elke copingstijl.
Vluchten voor de negatieve gevolgen van de problemen
Proberen de gevolgen van het probleem te verminderen
Veranderingen aanbrengen aan de situatie
responsegerichte copingstijl

probleemgerichte copingstijl
emotiegerichte copingstijl

Slide 32 - Drag question

De kinderen van Jantina hebben vaak ruzie. Jantina probeert deze wel eens te sussen, maar vaak gaat het dan van kwaad tot erger. Ze merkt dat het voor iedereen beter is als ze zich er niet mee bemoeit, maar de ruzies leveren haar wel veel stress op. Daarom trekt ze zich bij zulke ruzies terug op haar kamer met haar koptelefoon en een goed boek tot de ruzie voorbij is.
Welke copingstijl past Jantina toe?
Probleemgerichte, emotiegerichte of responsegerichte copingstijl

Slide 33 - Open question

Slide 34 - Slide