Tekenen bij biologie + microscopie

Tekenen bij biologie
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Tekenen bij biologie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waarom tekenen we bij biologie?
  • Zorgvuldig kijken naar het onderwerp!
  • Verschillende onderdelen goed herkennen.
  • Belangrijkste eigenschappen (i.p.v. alle details)
  • Anderen zien wat jij ziet!


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

- Je kunt het verschil uitleggen tussen natuurgetrouwe en schematische tekeningen.
- Je kunt de tekenregels toepassen bij het maken van een tekening
Twee soorten tekeningen

  • Alleen belangrijkste kenmerken getekend​
  • Geen kleur​
  • Geen details

  • Geeft alle details weer​
  • Vaak gekleurd​
  • Lijkt op een foto

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Schematische tekening

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Tekenregels tekening (schematisch
  • Kader met rechte lijnen
  • Titel, eigen naam, klas, datum en aanzicht
  • Vergroting erbij zetten (bij binoculair of microscoop)

Belangrijk!
  • Duidelijke lijnen (niet schetsen)
  • Teken altijd met potlood
  • Rechte lijnen om te benoemen
  • Niet te veel details
  • Niet inkleuren

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Tekenen cellen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is er goed of fout?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

1. Opening in lijn.
2. Ingekleurd.
3. Goed!

Slide 9 - Slide

1. Prima (evt. oogje noemen/dikke lijnen)
2. Geschetst
3. Erg klein

Slide 10 - Slide

1. te veel details
2. prima!

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?
1 huidmondje met omringende cellen

Onderdelen benoemen (1x):
  • sluitcel
  • opening
  • celwand
  • celmembraan
  • cytoplasma
  • bladgroenkorrel

Belangrijke tekenregels:
  • niet schetsen
  • niet inkleuren
  • rechte lijn voor benoemen
  • groot tekenen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?
3 plantencellen (van rode ui) met aanzet omringende cellen


Onderdelen benoemen:
  • celmembraan
  • celwand
  • vacuole
  • Evt.: cytoplasma en celkern

Belangrijke tekenregels:
  • niet schetsen
  • niet inkleuren
  • rechte lijn voor benoemen
  • groot tekenen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?
een cel van een alg

Onderdelen benoemen:
  • celmembraan
  • celwand
  • cytoplasma
  • bladgroenkorrels
  • evt. celkern en vacuole

Belangrijke tekenregels:
  • niet schetsen
  • teken groot
  • rechte lijn voor benoemen
  • alleen benoemen wat je ziet!

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?
een cel van een eencellig dier


Onderdelen benoemen:
  • celmembraan
  • cytoplasma
  • celkern

Belangrijke tekenregels:
  • teken groot
  • rechte lijnen voor benoemen
  • niet schetsen
  • vergroting en titel

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?
- Bloem
- Stamper
- Meeldraad 

Onderdelen benoemen:
Bloem: bloembodem, kelkblad, kroonblad, stamper en meeldraad.
Meeldraad: helmknop en helmdraad.
Stamper: stempel, stijl en vruchtbeginsel.

Belangrijke tekenregels:
- groot tekenen
- rechte lijn voor benoemen
- schematisch: niet schetsen en inkleuren.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je tekenen?




Onderdelen benoemen:


Belangrijke tekenregels:

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

aan de slag
  • verdeel de preparaten tussen jezelf en je buurman/vrouw
  • stel microscoop scherp op vergroting 40x, 100x en 400x
  • kies de vergroting waar je het beste beeld hebt
  • teken schematisch volgens de tekenregels
  • draai microscoop terug naar 40x en draai de tafel naar beneden
  • wissel van preparaat met je buurman/vrouw
  • doe stap 2 t/m 4 nog eens

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Belangrijk!
• Laat de oevers in tact.
• Laat de waterdieren in leven.
• Afval kan je in de vuilnisbakken• Alle dieren die jullie vangen zet je aan het eind van je veldwerk weer
terug waar je ze gevangen hebt.
• Zorg dat het geleende materiaal schoon en heel weer terug komt.
• Laat de Bosdijk opgeruimd achter! Ruim je rommel op voor je weggaat.

• Ga met respect om met de natuur. Maak geen planten kapot.
 kwijt of in je tas.

Als uit je gedrag blijkt dat je niet respectvol met de natuur,
medeleerlingen en begeleiders om kunt gaan kunnen er minpunten
gerekend worden voor je PTA, of je kunt er zelfs van worden uitgesloten

Slide 20 - Slide

This item has no instructions